26 SEPTEMBER 1991 329 partijen om dat vertrouwen te herstellen en daarvoor bestaan helaas geen eenduidige middelen. We hebben kunnen zien na de tegenvallende gemeenteraadsverkiezingen, althans daar waar het ging om de opkomst, dat jan en alleman zich hebben gestort op tal van ideeën, ook op ideeën die volgens mij niets hebben te maken met de lage opkomst bij gemeenteraadsverkiezingen, zoals bijvoorbeeld, en dit zeg ik in de richting van de fractie van D66 omdat ze zo vriendelijk lachen, een onderwerp als de gekozen burgemeester, dat te pas en te onpas bij een lage opkomst te voorschijn wordt getoverd. Ik denk dat De heer DE LEEUW Bij interruptie, dat kwam van andere partijen ineens uit de hoge hoed, hè? De VOORZITTER Ja U vindt dat principieel. U vindt dat al jarenlang, maar daarom is het nog wel een verkeerd idee in mijn ogen. Ik denk in ieder geval dat die discussie in dat opzicht op een zuivere wijze moet worden gevoerd. Ik denk overigens ook dat er geen wondermiddelen bestaan om die relatie tussen kiezer en gekozene te verbeteren. En het is denk ik, zeker de komende jaren, want die opkomstcijfers vallen niet alleen in Nederland tegen maar die zie je overal in de Westeuropese democratieën achteruit gaan, een permanente opgave. Zoals een hoogleraar in de N.R.C. eens enige tijd geleden opmerkte, heeft het misschien ook wel te maken met ons welvaartsniveau en geeft dat welvaartsniveau bij sommigen ook het idee dat het meedoen aan de democratie wat minder urgent is dan het is in tijden van nood of tijden dat er grote problemen zijn. Wat betreft een aantal opmerkingen over het financiële kader: de heer De Leeuw heeft nog eens opgemerkt dat zijn fractie liever een andere besteding had gezien. Ik ga daarop verder niet meer in, omdat we daarover al met elkaar uitgebreid hebben gesproken. Het is natuurlijk wel zo, ik stel dit heel uitdrukkelijk ook namens het college, dat U bij de onderhandelingen over het programakkoord met elkaar de financiële grens van 100.000,- heeft afgesproken. Dat betekent dat de pot nu op is en dat betekent ook dat aan alle andere deelnotities die nog verschijnen geen financiële consequenties kunnen vastzitten, tenzij Uw raad daar zelf aangeeft waar er vervolgens op zou moeten worden bezuinigd. Ik denk dat het ook goed is om dat ook met elkaar hier vast te stellen, niet alleen om de heer Römkens een plezier te doen, maar vooral ook om voor onszelf ook een kader te scheppen voor de toekomstige discussie over de bestuurlijke vernieuwing. Anders gaan we met elkaar over illusies praten die financieel niet te realiseren zijn. En dan kost het niet alleen onze tijd, maar dan wekken we ook illusies die we niet kunnen waarmaken. Wat betreft de nieuwe Gemeentewet, door de heer Taks ten tonele gevoerd: de nieuwe Gemeentewet is inmiddels door de Eerste Kamer aanvaard. Dat betekent dus dat die wet over niet al te lange tijd in werking zal gaan treden. Het is de vraag of die nieuwe Gemeentewet dat monistische karakter, wat langzamerhand verloren is gegaan volgens de heer Taks, weer terug zal brengen. Dat zal de praktijk uiteindelijk uitwijzen. De heer TAKS Ik heb een belangrijk voorbeeld genoemd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 329