26 SEPTEMBER 1991 339 Akkoord. 207. WIJZIGING VERORDENING OUDERSCHAPSVERLOF. Akkoord. 208. BENOEMING VOORZITTER, VICE-VOORZITTER EN SECRETARIS BESTUURSCOMMISSIE SOCIALE WERKVOORZIENING. De VOORZITTER Conform de afspraken zoals wij die in het verleden hebben gemaakt stel ik U het volgende voor. Ten aanzien van het voorzitterschap gaat het om een bindende voordracht. Dat betekent dat U de keuze heeft tussen blanco stemmen of déze kandidaat. Dat betekent dat de kandidaat per definitie altijd gekozen is. Ik stel U voor om daarover geen schriftelijke stemming te houden en de heer Van Dommele als voorzitter gekozen te verklaren. De heer MARTENS Voorzitter, voordat U overgaat tot vaststelling wil ik even een opmerking vooraf maken want ik heb mij in de commissie van advies onthouden. De VOORZITTER Heel graag. De heer MARTENS De P.v.d.A.-fractie kan met het voorstel zoals het nu voorligt akkoord gaan. Wel met de opmerking dat we in ieder geval het college willen verzoeken om op zeer korte termijn het bestuursreglement van de bestuurscommissie dermate te wijzigen dat de secretaris van de bestuurscommissie niet meer automatisch de secretaris van de subcommissie van de randgemeenten is, want de afgevaardigde, de heer Wolfhagen, wordt dan secretaris bestuurscommissie, wordt secretaris subcommissie en is voorzitter van die subcommissie en dat lijkt ons eerlijk gezegd een beetje te veel van het goede. Dus als U dat eens zou willen nakijken en in de vergadering van oktober met een aangepast voorstel zou willen komen? De heer MAAS In het voorjaar heeft mijn fractie zich in de raad op het standpunt gesteld dat het niet wenselijk is, gezien het functioneren van de bestuurscommissie de afgelopen jaren, over te gaan tot het herbenoemen van leden van de bestuurscommissie. Deze mening zijn wij nog steeds toegedaan en we gaan derhalve niet akkoord met het onderhavige voorstel. Wat betreft reglementswijzigingen zoals de heer Martens die aan de orde stelt lijkt het mij logischer dat eerst het reglement wodt gewijzigd waarna een benoeming plaatsvindt. In mijn visie zou dit voorstel dan ook aangehouden moeten worden. Wethouder SANDBERG

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 339