29 OKTOBER 1991 429 overwegende dat in het gemeentelijk milieubeleidsplan (G.M.P.) als taakstelling is opgenomen een beperking van de groei van de automobiliteit; dat het realiseren van deze taakstelling het selectief gebruik van de auto door alle burgers vraagt; dat het gemeentebestuur daarbij een voorbeeldfunctie dient te vervullen; besluit: het ter vaststelling voorliggende ontwerp-raadsbesluit te wijzigen als volgt: 1de puntkomma achter "knelpunten" in punt 1.4 van het dictum wordt gewijzigd in een komma, waarna de volgende tekst wordt ingevoegd: "met uitzondering van de op pagina 9 vermelde claim met betrekking tot de handhaving van de 2e dienstauto"; 2. aan punt I van het dictum wordt een sub 5 toegevoegd, waarvan de tekst luidt als volgt: "a. de als gevolg van het schrappen van de claim met betrekking tot de 2e dienstauto vrijkomende 55.000,-- deels te bestemmen ter dekking van de kosten van een O.V.-jaarkaart voor de leden van het college van burgemeester en wethouders, en het overblijvende gedeelte toe te voegen aan de stelpost gemeentelijk milieubeleidsplan (G.M.P.)"; "b. het college van burgemeester en wethouders op te dragen om het onder a. gestelde nader uit te werken en aan de raad zo spoedig mogelijk een voorstel te doen tot een daarmede verband houdende wijziging van de begroting 1992"; en gaat over tot de orde van de vergadering. De heer TAKS Het kan verkeren! Dit gevleugeld woord van de dichter Bredero over de wisselvallig heden van het menselijk bestaan lijkt bij uitstek ook van toepassing op de ontwikke ling van de gemeentefinanciën. Toen vorig jaar de onderhandelingen over het programakkoord werden gevoerd beschikten de onderhandelaars over een Kadernota 1991, die voor de nieuwe raadsperiode een zeer florissant perspectief te zien gaf. Dit dankzij het in de voorgaande jaren gevoerde voorzichtige financiële beleid. Daardoor kon een zeer ambitieus programakkoord worden overeengekomen dat vervolgens bij de begroting 1991 vrijwel integraal zijn vertaling vond in een meerjarenperspectief 1991-1994 op basis van een jaarlijks sluitende begroting. Kort na die begrotingsbehandeling viel over dit zonnige toekomstbeeld de schaduw van dreigende rijksbezuinigingen in het kader van een zogenaamde tussenbalans. In juni jongstleden kon het college nog ternauwernood een sluitende concept-begroting voor 1992 vaststellen. Op dit moment lijkt die begroting al een feitelijke tekortbegroting te zijn. Er worden nog aanvullende maatregelen voorgesteld om het tekort te dekken. Nu, anderhalf jaar na de optimistische start van deze raadsperiode, staan raad en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 429