29 OKTOBER 1991 437 duidelijke opdrachten maar zeker ook om méér bewaking en uitvoering van het proces en daarbij ligt volgens ons een belangrijke rol bij de nieuwe gemeentesecretaris. Externe communicatie, dan doelen wij op het contact met de burgers van Breda. Wanneer is er sprake van inspraak, wanneer van voorlichting? De spraakverwarring is groot en mijn collega van het C.D.A. heeft daarop al eerder gewezen. Hoe wordt duidelijk gemaakt dat de boodschap voor insprekers begrepen is en wat ermee gedaan wordt? Centrale sturing lijkt ons hierbij onontbeerlijk en bij dit alles is de rol van de boodschapper erg belangrijk. Het is een vak apart en niet iedereen heeft die kwaliteiten. Het bedenken van plannen is één, het presenteren daarvan is iets anders en daar zullen we met name veel aandacht aan moeten besteden. We weten, communicatie kost geld, maar het kan ook geld besparen. Vertraging door communi catiestoring is kostenverhogend. Financieel perspectief Conform de afspraken die gemaakt zijn in het programakkoord betreft het hier een sluitende begroting. Dit is echter wel het resultaat van financieel kunst- en vliegwerk. In grote lijnen is deze begroting een weerspiegeling van hetgeen besproken is bij de Kadernota en het investeringsplan. Het is voor iedereen echter duidelijk dat er in financiële zin zwaar weer op komst is. We krijgen storm, hagel en regen in de vorm van Tussenbalans, het tekort aan bouwlocaties en de efficiencykorting. We beginnen met de storm, die raast tenslotte over het hele land en dan hebben we het over de Tussenbalans. Zoals het college aangeeft moeten we rekening houden met bezuinigingen van miljoenen, die mede het gevolg zijn van de Tussenbalans. En het blijkt steeds maar weer dat de Rijksoverheid geneigd is, om bestuursakkoorden met de gemeenten naar eigen voordeel te interpreteren en de gevolgen daarvan vergen een steeds creatievere opstelling van gemeenten, dus ook van Breda, dus ook van ons. Vervolgens komen we bij de hagelbui. Zoals gewoonlijk bij hagel een wat meer lokaal probleem. Het betreft hier het gebrek aan ruimte om voldoende woningbouwlo caties en bedrijfsterreinen te realiseren en opgemerkt mag worden dat de gemeente Breda hierbij ook hand in eigen boezem mag steken voor wat betreft het nog altijd ontbreken van de lang verwachte bestemmingsplannen. Feit blijft dat met name door ruimtegebrek Breda niet meer kan voldoen aan de behoefte die er op dit gebied is. Hierdoor zijn we genoodzaakt om de geraamde woningproduktie in negatieve zin bij te stellen. Weer komen er minder middelen uit het gemeentefonds, waardoor we mogelijk genoodzaakt zijn om voorzieningen af te stoten. In relatie tot de teruglopende woningbouw, maar zeker ook in het algemeen stellen wij U de volgende vraag: wat is het effect van teruglopende activiteiten op structurele apparaatskosten en overhead? Kunt U dat inzichtelijk maken? De discussie over de nieuwe bestuurs vorming biedt eigenlijk weinig soelaas, hooguit een aangescherpte Wet Gemeenschap pelijke Regeling en voor D66 kleven daar toch wel bezwaren aan, zoals bijvoorbeeld het ontbreken van rechtstreekse verkiezingen, maar zeker ook in ons geval de omvang van het W.G.R.-gebied voor Breda. De angst bestaat bij ons dat daardoor niet adequaat gereageerd kan worden op zaken die op ons afkomen. Kijken we naar de provincie, dan merken we dat die een leuke stok achter de deur heeft gekregen om onwillige gemeenten zonodig te dwingen tot samenwerking. Ons inziens is dit zowel bestuurlijk als democratisch onjuist. Vrijblijvendheid op zich is ook onjuist, maar het Rijk maakt zelf geen keuzes en laat het liever aan de provincie over. Als we kijken hoe de provincie ermee omgaat, dan mag toch gesteld worden dat dat niet duidelijk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 437