29 OKTOBER 1991
464
de commissie onderwijs daarvan op de hoogte. Over de opmerking van Groen Links
over het niet doorgaan van subsidie aan de basiseducatie voor buitenlandse vrouwen
het volgende. Wij hebben dat middels een collegebrief ook gemeld aan het
adviesorgaan in dezen, namelijk het educatief beraad. Dat er geen politiek draagvlak
was op dat moment om tot honorering over te gaan, laat onverlet het feit dat wij
toch zullen proberen in het kader van sociale vernieuwing mogelijkheden te vinden
om aan die problematiek, maar ook in relatie tot bijvoorbeeld kinderopvang, want
het kan toch niet zo zijn dat vrouwen met kinderen op schoot de lessen volgen, het
hoofd te bieden. Dat vereist voortdurend afstemming tussen de gemeentelijke diensten
onderling. En wij hebben dat ook
De heer GARRITSEN
U bent bereid om daarover nog in overleg te gaan om te kijken of dat dat mogelijk
toch kan? Wordt daarbij ook Tuinzigt met haar reactie over de claim die niet is
doorgegaan betrokken?
Wethouder AD ANK
Wij hebben dat het educatief beraad laten lezen. Ik leg die brief ter visie. U kunt
daarin het collegestandpunt vinden. De heer Taks verwijst naar het rijksbeleid ten
aanzien van de sociale vernieuwing en vraagt of het gemeentelijk beleid daarmee
niet voorgoed kan worden opgeborgen. Dat zou ik jammer vinden. Deze vraag moet
ons inziens toch ontkennend worden beantwoord, omdat sociale vernieuwing, maar
dat hebben wij al eerder met elkaar geconstateerd, een proces is dat reeds in de
aanzet, in een veel eerder stadium, in de gemeente op gang was gebracht. Veel eerder
dan het moment waarop het onderwerp vanuit het rijksbeleid, vanuit het kabinet,
tot issue werd verklaard. Een minder expliciete voortzetting van het rijksbeleid en
daar wijzen de signalen op, moet er niet toe leiden dat de gemeente het er maar
vervolgens bij moet laten zitten. Dat hebben wij met ons beleidskader 1992-1995
getracht duidelijk te maken.
De heer TAKS
U valt terug op ons eigen beleid. Wij kunnen het alleen!
Wethouder ADANK
Ja, maar waar mogelijk zullen wij toch in overleg met de V.N.G. en met de
verschillende departementen alles uit de kast trekken om projecten die hier goed
lopen ook in financiële zin te laten ondersteunen door het rijksbeleid. Maar U heeft
de nota van financiën, de nulpuntmeting en het beleidskader 1992-1995 hierbij als
referentiekader gebruikt. Ik denk dat we dan per jaar zullen moeten beoordelen wat
wij gezamenlijk, ook vanuit de politiek, tot prioriteit zullen moeten labelen. En op
een gegeven moment zullen we moeten zeggen: dat moeten wij naar de langere
termijn schuiven; niet alles kan tegelijk. Anderzijds hebben wij ook gezamenlijk
politiek de landelijk actie "Wij zetten door", onderstreept. Wij willen ook in de
komende tijd concreet
De heer TAKS
U heeft zich wel geweerd.