31 OKTOBER 1991
501
de bereidheid is om het monumentenbeleid en -beheer op elkaar af te stemmen.
Overigens is de commissie ad hoe, waar de heer Garritsen spreekt over de Kloosterka
zerne, 24 oktober over een en ander geïnformeerd. Vastgelegd is de stand van zaken
per 15 oktober. Daarover heeft de commissie ad hoe een stuk gekregen en ook de
commissie onderwijs, cultuur en sociale vernieuwing heeft deze week informatie
gekregen over de status van de Kloosterkazerne. Ik heb U ook toegezegd dat de
formele kant van de zaak naar de commissie zal komen. De adviezen van de
Rijksdienst voor de Monumentenzorg worden betrokken bij de planontwikkeling en
ik heb al eerder gezegd dat er een eerste informatief gesprek is geweest met de
Rijksdienst. Ten aanzien van het huis Wijngaerden heb ik de heer
De heer GARRITSEN
Ik had gevraagd, of er een verslag is gemaakt en of dat ter visie zou kunnen worden
gelegd. Tevens had ik gevraagd waarom de Monumentenadviesraad daarin niet is
gekend, omdat zij daar nu ook taken in heeft.
Wethouder AD ANK
Ja, dat klopt. Dat hebben we met elkaar afgesproken.
De heer GARRITSEN
Ik wil niet vervelend doen, maar ik heb een aantal heel concrete vragen gesteld en
die worden eigenlijk toch weer niet beantwoord. Ik wil niet formeel doen, maar in
het Reglement van Orde staat dat de voorzitter erop moet toezien dat vragen worden
beantwoord. Op mijn eerste vraag of het besluit van het college is gemeld bij de
MAR, wordt gezegd dat er een gesprek is geweest met de voorzitter. Maar is toen
gemeld dat die bevoegdheden daar liggen? Voorts zegt U: er is een werkgroep
monumenten. Maar de MAR was daarvan voorzover ik weet, nooit officieel van op
de hoogte gesteld.
Wethouder ADANK
Ik herhaal mijn opmerking dat een en ander met de Monumentenadviesraad
uitgebreid wordt door gesproken en dat de consequenties van de gewijzigde wetgeving
ten aanzien van decentralisatie aan de orde komen in de gesprekken tussen de
Monumentenadviesraad en de verantwoordelijke bestuurder en ambtenaren. Ten
aanzien van het huis Wijngaerden heb ik de heer Garritsen gemeld dat dat antwoord
begin volgende week richting Groen Links komt. Hij spreekt ook nog even over het
bouwhistorisch onderzoek. Ik kan U meedelen dat de resultaten van de inspectie
van de bouwhistoricus, en dat was geen onderzoek, het was een inspectie, betrokken
zullen worden bij de voorbereiding van het archeologisch onderzoek en juist daarmee
in relatie met de bouw van het Dorinth-hotel. Uitgezocht zal worden, of er een verslag
is gemaakt en ik heb U gezegd dat ik U dat zal melden. De waarde van het rijksmo
nument van de Kloosterkazerne
De heer GARRITSEN
Er was een verslag gemaakt, in de ter visie gelegde stukken stond dat er een verslag
was gemaakt van een gesprek over het pand Wijngaerden. Ik had U in eerste termijn
gevraagd om dat ter visie te leggen.