28 NOVEMBER 1991 548 inhoudelijke verhaal leveren. Wij hebben het idee dat dat toch een beetje in de la is blijven liggen. Als we al jaren zitten met een slechte huisvesting van de archiefdienst zodat je zegt: daaraan moet nü wat worden gedaan, dan denken wij dat een klein beetje uitstel ook heel zinnig zou zijn. Dan had je ook déze beleidsnota op dat punt kunnen actualiseren en aanpassen met datgene wat toch een historische clustering voorstelt, dat is namelijk dat je een stuk meerwaarde toevoegt aan die sector en dat ga je nu niet meer realiseren. Mevrouw HEERKENS Op zich is deze beleidsnota een duidelijke nota. Het geeft helder het takenpakket weer. Aan de ene kant de wettelijke taak en aan de andere kant het historische educatieve pakket. Er wordt een aantal preprioriteiten in vermeld, knelpunten en wensen, deze vallen in de toekomst af te wegen. Naar de toekomst toe is het wellicht ook mogelijk om extra claims ten aanzien van personele uitbreiding gedeeltelijk te voorkomen door bij de diensten toch te trachten zeg maar de stroom van ongelezen nota's en rapporten te verminderen. Nog een laatste opmerking met betrekking tot de historische clustering. Nogmaals, we hebben het al vaker naar voren gebracht, voor de P.v.d.A. houdt deze géén fysieke clustering in. Wèl is het ons inziens naar de toekomst van belang om een intensievere samenwerking tussen de instellingen te stimuleren en juist andere alternatieven ten behoeve van de huisvesting van de archiefdienst, waarvan bekend is dat deze minstens al vier vijf miljoen gulden extra zullen kosten, zullen deze ons inziens meer uitsluiten dan het huidige voorstel dat wij direct gaan behandelen. De heer GARRITSEN Mag ik één vraagje in de richting van de P.v.d.A. stellen? Toen we spraken over de historische clustering in het begin, was men er als de kippen bij om te zeggen: we kunnen daar wel een directeur minder hebben omdat we toch over de historische clustering praten. Het ging dan over het Stedelijk Bisschoppelijk Museum. Dat kon toen financieel wel worden ingevuld, maar als het ook moet worden onderbouwd, dan laat men het afweten. Ik vind dat een hele slechte zaak. De VOORZITTER Het is duidelijk. Ik denk dat wij bij het volgende agendapunt als het gaat om de huisvesting met elkaar nog wat uitgebreider zullen praten over de voors en tegens van de huisvesting aan de Vlaszak. Nu graag toch van de zijde van het college een enkele opmerking. Ik sluit dan even aan bij de opmerking die de heer Garritsen zojuist maakte bij wijze van interruptie. Het is eigenlijk heel interessant soms om bij bepaalde bestuurlijke processen in een gemeente nog eens na te gaan waar een bepaald idee eigenlijk vandaan kwam en waarom men met bepaalde ideeën is gekomen. In dat opzicht is het ook goed om te weten dat de hele discussie over die historische clustering in Breda niet is voortgekomen uit een diepgeworteld besef over de noodzaak van samenwerking, maar is voortgekomen uit een bezuinigingsvoorstel en dat betekent eigenlijk dat de vader van de gedachte van de historische clustering De heer DE LEEUW Bij interruptie, dat kan bij sommige kokers wel zijn, maar niet bij iedereen. De VOORZITTER Neen, maar dat is de oorsprong van de discussie over de historische clustering in Breda. Dat is de historische oorsprong De heer TAKS Er kwamen twee lijnen samen, laten we het zo zeggen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 548