28 NOVEMBER 1991 557 wat meer bij moeten leggen, om het maar zo te zeggen, maar op het moment dat je een gemeentelijke dienst erin huisvest, moetje het ook op tafel leggen en dan zou misschien een andere huisvesting dat kunnen besparen. Dus ik denk dat je daarnaar zeer zeker zou moeten kijken. De P.v.d.A. spreekt over een integraal voorstel en ik wil dan bij D66 aansluiten en ook bij de V.V.D., die toch aangeven dat een integraal voorstel ook kijken naar de historische clustering betekent. Maar die discussie hoeft niet opnieuw. Het is duidelijk hoe die partijen erover denken. Het andere argument: de P.v.d.A. komt nu met name met: het is toch een kwalitatief aardige invulling, men gaat erop vooruit in vierkante meters. Ja, het zou eruit zien als ze er niet op vooruit gingen, dan was het volstrekt onacceptabel. Maar wat op tafel ligt is natuurlijk een programma van eisen en dat programma van eisen in vierkante meters - het C.D. A. zegt: in kubieke meters - wordt niet gehaald en dat is toch het streven datje hebt, dus daar wordt al geschrapt. Dan denk ik: zou er nu geen andere accommodatie te vinden zijn die beter geschikt zou zijn, ook naar de toekomst toe? Wat betreft de winkelfunctie daar, het volgende. Het zal duidelijk zijn dat Groen Links over de winkelfunctie op verschillende plaatsen in Breda zegt dat die best eens wat minder zou kunnen, maar met name waar het hier gaat om de verbindingsas tussen de Boschstraat en de Veemarktstraat - waar toch de Boschstraat altijd een wat moeilijk lopende straat is, om het zo te zeggen - is het met name voor die overgang van belang om daar een winkelfunctie in te zetten. Maar als er een winkelfunctie zou komen, ook in de richting van de winkeliers, dan moet het als je dan praat over de aantrekkelijkheid van de binnenstad, 's avonds niet zo zijn dat de rolluiken naar beneden gaan zodat het wat dat betreft nog niet veel beter zou zijn dan wanneer het archief er zou zitten, dus dan zul je daar ook eisen moeten stellen, maar op zich zien wij een winkelfunctie daar uitstekend zitten. Het laatste punt nog even. Wat betreft het denken over alternatieven: voorzover ikbengeïnformeerd, wordt er een inventarisatie gedaan op het Chasséter- rein naar de monumenten die daar staan - los even van de Kloosterkazerne, want die is uiteraard niet geschikt gezien de vloerbelasting en zo die er moet zijn, maar dat is wel eens eerder al aangetoond - maar er staan meer panden die op de rijksmonumentenlijst staan die ook mogelijk op de gemeentelijke monumentenlijst komen, waarvoor je nog een invulling moet hebben. Je zou ook daarop eens een blik kunnen werpen. En de laatste vraag is voorzitter: kunt U ook meedelen, als we toch over accommodaties praten, hoe het met het Volkenkundig Museum staat met de historische sector, ook wat betreft zijn huisvesting, omdat dat ook een gemeentelijk pand is en daar op korte termijn toch mogelijk ontwikkelingen zijn. De VOORZITTER Ik denk niet dat U van mij verwacht dat ik nog eens uitgebreid met U de discussie ga voeren zoals een aantal collegeleden die al de afgelopen week heeft gevoerd. Ik wil nog in het kort een paar argumenten herhalen. Het zijn in feite ook de argumenten die degenen waarvan ik vermoed dat ze vanavond tegen gaan stemmen, vanavond in het debat naar voren hebben gehaaldAllereerst nog eens een keer toch in het kort de reden waarom het college thans met het voorstel is gekomen. Het is gelukkig onomstreden dat de huisvestingssituatie van het archief op dit moment deplorabel is en dat daaraan dus wat moet gebeuren. De vraag is of je dan als college niet zou hebben kunnen besluiten tot twee maanden uitstel, want waarom die haast? Je zou toch alternatieven kunnen bekijken? Dat was denk ik nu gewoon simpelweg het punt waarover het college met een deel van deze raad van mening verschilt. We hebben in het college ook uitgebreid over alternatieven gesproken, we hebben bekeken welke andere mogelijkheden er zijn. Die mogelijkhe den waren globaal: de operatie hier achter ons op het Stadserf. De kosten hiervan zouden in ieder geval minimaal vier miljoen gulden en zijn daarvan was duidelijk dat er in ieder geval binnen het college geen bereidheid bestond om minimaal vier miljoen gulden ter beschikking te stellen voor die huisvesting van het archief, buiten het feit dat, als je die vier miljoen gulden thans zou gaan uitgeven en je vergelijkt dat met de nieuwe huisvesting aan de Vlaszak, de accommodatie dan minder zou zijn dan de nieuwe accommodatie aan de Vlaszak. Dus kwalitatief krijg je voor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 557