19 DECEMBER 1991 599 zijn. En dus is dit voorstel weer onvolledig. U kunt het wel toevoegen maar in de tekst staat het ook weer nergens duidelijk. Wij werken aan zo'n besluitvorming niet mee. Nogmaals, het is steeds de zaak op z'n kop zetten. En als U nu zegt: ja, maar dat wks zo, nu hebben we geld ingezet, nu moeten we dit wel vragen, dan denk ik toch: als het college nu zo creatief is om geld dat er feitelijk niet is in te zetten voor personele uitbreiding, dan bent U ook zeer wel in staat om geld dat er feitelijk wèl is, dat is namelijk nog - als het goed is - niet uitgegeven, gelden van de S.W.B., ook weer in te zetten voor de S.W.B. en daar zouden we eigenlijk een voorstel voor moeten hebben. Dus haaks wat hierop staat. Dit is een héél lang verhaal over allerlei zaken die dan net iets anders zijn, volkomen bekende feiten. Ik ga puur zakelijk terug naar de feiten die ons zijn voorgelegd. En van die feiten heeft U niets kunnen weerleggen, het wordt een lang wollig verhaal, maar de zakelijke feiten: de vrijkomende middelen van de S.W.B. in 1992 komen helemaal niet vrij, het zijn gelden waartoe je contractueel verplicht bent, dat kunt U niet zomaar ongedaan maken. En budgettair neutraal: geen sprake van: zie weer dit voorstel. Wij herhalen: de punten 1 tot en met 4, 7 en 8 kunnen onze instemming hebben. 5, 6 en 9 daar zijn we mordicus tegen. De heer GARRITSEN Geldt dit ook voor de wethouder van de V.V.D. of is die niet zo mordicus tegen? De VOORZITTER Maakt U zich maar niet ongerust, dat komt straks, dan stellen we dat met elkaar gezellig vast. De heer MAAS De woonruimtewet is voor ons toch een zwaar punt, wat ons betreft zou er toch eerst een evaluatie plaats moeten vinden over het functioneren van de woonruimtewet. Het is een essentieel punt uit het raadsvoorstel. Wij zijn derhalve tegen. Wethouder DE BRUIJN In de richting van mevrouw Van Oosterhout of impliciet dat bedrag dat opgenomen is het maximum is: neen, dat kan ook niet, gelet op de discussie over: welke taken ga je doen. Wat betreft de vragen van mevrouw Van Beusekom, ik kijk ze na, het zijn feitelijk geen vragen maar meningen dat het een en ander haaks staat op de besluitvorming die we hebben genomen, verwijs ik naar de begrotingswijzigingen die tevens zijn goedgekeurd bij de begrotingsbehandeling op 31 oktober 1991. Budgettaire neutraliteit: ikhebvan mijn collega van financiën geen budgetbijstel lingen gehad, kortom, alles is budgettair neutraal. Wat betreft de financiële consequenties voor het volgend jaar heb ik al aangegeven dat daarvoor verschillende potten zijn die mogelijk kunnen worden ingezet voor het kopen van produkten van derden, waaronder die van de S.W.B. zouden kunnen plaatsvinden. Ik zal de vraag maar concreet direct zo kort beantwoorden, dan is het misschien wat duidelijker. Ik denk dat dat de belangrijkste zaken zijn: het geld van de S.W.B., dat is niet het geval, dat bestrijd ik dus, de besluitvorming is anders, en wat betreft de budgettaire neutraliteit denk ik dat ik het daarover heb gehad. Daar wilde ik het bij laten. De VOORZITTER Dan gaan we over naar de besluitvorming. Om het geheel wat ordentelijk te doen verlopen, verifieer ik eerst bij mevrouw Van Beusekom of ik het goed heb begrepen dat haar fractie, exclusief de wethouder, wordt geacht tegen de onderdelen 5, 6 en 9 te hebben gestemd. Ik stel vast dat de fractie van Groen Links wordt geacht tegen het hele voorstel te hebben gestemd. Dan kan ik vervolgens overgaan tot de besluitvorming, dat betekent dat voorstel 339 De heer VAN FESSEM

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 599