19 DECEMBER 1991
602
over de toekomst kan hebben - U weet, de enige zekerheid over de toekomst is onze eigen
sterfelijkheid - lijkenhoe dan ook de gegeven aannames acceptabel. Zeker gezien de mogelijkheden
van de nieuwe locatie. Alsik langs die kale plek rijd waar nu het Stadskantoor bijna klaar is,
dan probeer ik in gedachten mij voor te stellen hoe daar de nieuwe schouwburg zal gloreren.
Van belang echter - de C.D.A.-ffactie kan dat niet genoeg benadrukken - is een stevig
bedrijfseconomisch management. Want wij denken dat er in het gebouw dat gebouwd zou moeten
gaan worden, veel mogelijk is, zeker wanneer daar ook nog eventueel voldoende hotelruimte
in de buurt c.q. in de omgeving zou kunnen zijn. Met belangstelling zien wij dan ook de instelling
vandeP.P.P. tegemoet. Ditalles onder het motto "Het beoogde theatercomplex vereist een andere
visie en aanpak dan het huidige Concordia". Ik wil het bij deze positieve verklaring voorshands
laten.
De heer VAN DE STEENOVEN
De P.v.d.A.-fractie heeft grote moeite gehad om ten aanzien van dit voorstel tot een eindoordeel
te komen. Dit heeft te maken met de reeds lange en ook bewogen voorgeschiedenis van dit
voorstel, maar ook met een aantal inhoudelijke aspecten. De P.v.d.A. is altijd voorstander geweest
van de realisering van een goede, maar sobere schouwburg in Breda. Onze voorkeur ging daarbij
uit naar renovatie van Concordia. Wij hebben ingestemd met de passage in het programakkoord,
waar gesproken wordt over de real isering van een nieuwe stadsschouwburg met een multiculturele
functie. Ook gingen wij akkoord met de reservering van 7,5 miljoen extra voor de schouwburg
in het kader van de zogenaamde knooppuntprojecten. Anderzijds hebben wij altijd benadrukt
dat de schouwburgplannen aan bepaalde randvoorwaarden moeten voldoen. De schouwburg moet
ruimte bieden aan de verschillende behoeften op theatergebied in Breda, maar mag niet een
zodanige financiële last gaan vormen dat er voor andere zaken ook op cultureel gebied nauwelijks
geld meer is. Wij hebben daarom bij herhaling gevraagd om een onderzoek naar de realisering
van een sobere kleinere schouwburg. De P.v.d.A. heeft mei van dit jaar tegen het voorstel tot
realisering van de plannen van Van Schijndel gestemd. Wij hadden bezwaren tegen het
voorgestelde volume in relatie tot de exploitatie en de stedebouwkundige inpassing. Wij waren
tegen de sloop van de monumentale gevel van Concordia. Wij hadden grote twijfels over de
bestuurbaarheid van het proces van realisering van de schouwburg, niet in de laatste plaats, gezien
de financiële aspecten. Het gevraagde investeringscontract
De heer GARRITSEN
Voorzitter, misschien voor de duidelijkheid, ik dacht niet dat het voorstel als zodanig in de raad
is geweest.
De heer VAN DE STEENOVEN
Neen, maar daarom waren wij nog wel tegen. En ik denk dat dat dus de discussie
De heer GARRITSEN
Dat weet ik, maar iedereen was toentertijd - ja, U niet, dat is heel duidelijk geweest in de
commissies - enthousiast vóór. En als ze zo enthousiast waren geweest, had er nou een ander
ding gestaan. Maar goed, dat is iets voor de geschiedenis. Dat verhaal is nooit in de raad geweest.
De heer VAN DE STEENOVEN
Wij hadden dus met name bezwaren tegen het plan van Van Schijndel, vanwege de enorme stijging
van het investeringsbedrag in een vrij korte periode naar 41 miljoen. In juni van dit jaar kwam
het college met een voorstel om een nieuw onderzoek te starten naar de haalbaarheid van de
schouwburg op diverse locaties in de stad. De toenmalige wethouder van cultuur stelde daarbij
dat bij de onderzoeken zou worden uitgegaan van het oorspronkelijke program van eisen, maar