19 DECEMBER 1991 626 de hoge milieubelasting, waarover ik sprak, denk ik dat dat zeker een reden zal zijn voor het aanscherpen van die maatregelen. Overigens gaan wij akkoord. De heer VAN GURP Ik ben blij dat de wethouder heeft aangegeven dat er voor het komende jaar veel concrete maatregelen zullen plaats hebben. Ik denk dat het ook de lijn is die ik in de commissie heb aangegeven: wel onderzoeken doen die nodig zijn, maar niet te veel en daarnaast proberen zoveel mogelijk concreet bezig te zijn. Akkoord, met de aantekening dat de fractie van Groen Links geacht wil worden te hebben tegengestemd. 344. NOTA HOOFDWEGENSTRUCTUUR "2000" BREDA. De heer GARRITSEN Op zich is het wat merkwaardig hoe de discussie over de hoofdwegenstructuur loopt. Wij hebben in het verleden discussies gehad over de Zuidelijke Rondweg, wat resulteerde in een omleiding. Over de Zuidelijke Rondweg reden toch nog gigantisch veel auto's en de aangelegde omleiding had weinig rendement. Toen kreeg je de discussie dat er voor de Zuidelijke Rondweg meer maatregelen moesten worden getroffen en uiteindelijk ga je dan toch de richting op, waarop we al lang hebben aangedrongen, namelijk dat de hele hoofdwegenstructuur toch eens op een rij moet worden gezet. Maar in de discussies die hebben plaatsgevonden is het wel uiterst vreemd, dat vanuit het college en vanuit het ambtenarenapparaat iedere keer andere modellen in onze richting gaan. De cijfers in een van de laatste modellen van het bureau O.D. 205, staan eigenlijk voor een deel haaks op datgene dat hier wordt gepresenteerd, terwijl bij beide presentaties wordt gezegd: aanzienlijke reductie van de automobiliteit, aanzienlijke inspanningsverplichting zou ik bijna zeggen. En toch komt er iedere keer een ander verhaal uit. Je vraagt je af: hoe consistent is het college als ze bepaalde zaken aanneemt, en in onze richting presenteert, omdat het even later weer een ander verhaal is. Dat vooraf. Als je kijkt naar de getallen, de belasting van de hoofdwegenstructuur zoals die op papier staat, dan denken wij dat voor een aantal gebieden de overlast te groot is. Je kunt je afvragen of je die wegen in de hoofdwegenstuctuur zo moet opnemen. Ik denk, als je een hoofdwegenstructuur vaststelt, dat je dan ook zeker, waar je in het verleden al eens een keer een plan hebt gemaakt wat betreft de milieu-aspecten van het verkeer, die zaken hierin veel uitdrukkelijker moet meenemen en ook moet aangeven welke maatregelen inderdaad noodzakelijk zijn, om die hoeveelheden verkeer over die wegen te laten lopen. En dan denken wij met name aan de Beverweg, opgenomen in de hoofdwegenstructuur. Ik denk dat het een onmogelijke zaak is de hoeveelheid auto's die er nu wordt gepland, over de Beverweg te laten rijden. Ik denk dat het gigantisch veel knelpunten geeft. Het tweede punt dat in de hoofdwegenstrucstuur zit, is de oude discussie over de Westtangent. In het verleden is door het college gezegd dat die Westtangent nodig is om de Zuidelijke Rondweg te ontlasten. Het is zo dat de binnenruit in Breda gewoon niet compleet is. Die zou compleet zijn als je de Westtangent doortrekt tot de Zuidelijke Rondweg. Daarvoor hebben we niet gekozen, gelukkig niet. Maar zoals je de Westtangent nu aanlegt, vragen wij ons af of je daarmee geen extra verkeer aantrekt, dat in feite gebruik zou kunnen maken van Rijksweg 16. We denken met name aan het verkeer van Etten-Leur richting Haagse Beemden. De aanleg van de Westtangent zou wel eens extra verkeer kunnen aantrekken en voor het woongebied, datje daar wilt realiseren, te veel problemen gaan veroorzaken. Als je kijkt naar de belasting van de Westtangent, dan is die, in vergelijking met de studie van het bureau O.D. 205, aanzienlijk teruggebracht. We vragen ons af wat de realiteitswaarde van die getallen is. Een ander punt waarover nogal wat discussie is geweest, is het opnemen van de Vredenburchsingel in de hoofdwegenstructuur. Qua route is het een wat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 626