27 maart 1991 99 is er in deze tijd nog zeker? Hij doelde daarbij op de Tus senbalans en de nog te nemen vervolgbesluiten met betrek king tot de rijksbegroting 1992. Is deze onzekerheid voor wat betreft de financiën meegewogen bij Uw voorstel tot con tinuering van het Halt-project en de oprichting van de stichting, of moeten we er vanuit gaan dat bij stopzetting van de rijksbijdrage dit voorstel impliciet een extra claim bij de gemeentebegroting legt? Het zou toch wat vreemd zijn een nieuwe stichting op te tuigen als er niet enige garan tie is voor na 1991. We hebben de gedachten van de wethou der gehoord en over het algemeen zijn dat de gedachten van het college. Wij wilden hier toch ook graag horen wat de ge dachten van het college zijn wanneer er geen verdere rijks bijdrageregeling komt. Hoe gaan we dan verder na 1991? De VOORZITTER U kijkt naar mij, maar U krijgt antwoord van de heer Van Raak. Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX Maar ik kijk toch altijd naar de voorzitter. De VOORZITTER Dat is heel mooi. Wethouder VAN RAAK In zijn algemeenheid spreek ik ook namens het college in de commissie, tenzij ik duidelijk meld dat ik daarvan afwijk. De VOORZITTER Dus nooit. Wethouder VAN RAAK Dat doe ik dus nooit, neen. De heer GARRITSEN Is dat een afspraak binnen het college? Wethouder VAN RAAK We hebben de afspraak dat, wanneer wij spreken, wij namens het college spreken. De VOORZITTER Dat ligt zelfs in de wet vast. Wethouder VAN RAAK Daar houden we ons zelfs aan. De onzekerheid over de rijks bijdrage is inmiddels weggenomen. Ik heb dat dacht ik ook in de commissie gezegd. Ik had de afspraak dat de bevesti gende brief van het Ministerie naar de commissieleden toege zonden zou worden. Ik weet niet of dat inmiddels is ge beurd, ik ben dat niet meer nagegaan. Zo niet, dan zal ik zorgen dat dat nog plaatsvindt. Dus van die rijksbijdrage voor 1991 zijn we zeker. Ik heb inderdaad gezegd dat ik ze-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 99