27 FEBRUARI 1992
volledig is weggesmolten. In de vorige raadsperiode is op suggestie van de V.V.D.-fractie bij
de Kadernota 1988 besloten dat de belastingtarieven jaarlijks worden aangepast op de feitelijke
prijsontwikkeling. Daardoor werd er een einde gemaakt aan de in het verleden toegepaste
schoksgewijze belastingverhogingen die bij de burgers veel weerstand wekten. Bovendien werd
de belastingbetaler door de invoering van deze gedragslijn beschermd tegen de ongebreidelde
tariefsverhoging die mogelijk is geworden door de afschaffing van de absolute heffinglimiet in
de gemeentewet. Deze gedragslijn is in het huidige programakkoord vastgelegd en wij willen
daaraan onverkort vasthouden. Natuurlijk betreft die afspraak slechts een bovengrens en is het
onder omstandigheden mogelijk daarvan naar beneden af te wijken. Bij de Kadernota 1991
twee jaar geleden hebben wij, overigens zonder enige respons van college of raad, op de
mogelijkheid dan wel de wenselijkheid daarvan gewezen, voor het geval dat Breda met de
omliggende gemeenten zodanig uit de pas zou gaan lopen qua tarievenbeleid, dat het Bredase
vestigingsklimaat daardoor nadelig zou worden beïnvloed. Dit vooropgesteld uiteraard dat de
financiële situatie zo'n matiging van de inflatiecorrectie ook mogelijk zou maken. Een
dergelijke situatie doet zich momenteel niet voor. Breda heeft niet eens de ruimtelijke
mogelijkheden om met de randgemeenten te concurreren, de financiële positie geeft geen
aanleiding tot het beperken van de tariefsaanpassing en het concrete voorstel waarover we
spreken, biedt onvoldoende soelaas voor de stijgende milieulasten, wat beoogd wordt. In de
huidige ongewisse financiële omstandigheden vindt de V.V.D.-fractie het ongewenst door
middel van een amendement de handen van raad en college te binden. Wij geven er de
voorkeur aan een dringend appèl op het college te doen om, zodra over enkele maanden meer
zicht is gekomen op de ontwikkeling van de financiële capaciteit, de dan aanwezige mogelijk
heden om nieuw beleid te entameren nader te bezien. Er is dan ook meer bekend over de
plannen van het Rijk en over de uitkomsten van een aantal bestuurlijke opdrachten en de
haalbaarheid van de diverse taakstellingen. Het college zou dan met de begroting van 1993
eventuele voorstellen kunnen doen over het volledig of gedeeltelijk inzetten van de ruimte
1993 en bij de Kadernota 1994 over de ruimte voor 1994. Wij zijn overigens niet bijzonder
hoopvol gestemd ten aanzien van de mogelijkheden daartoe, maar het is niet geheel uitgesloten
dat er toch nog enige verbetering in de financiële toestand intreedt. Deze aanpak zoals
geschetst is in elk geval minder riskant dan nu een onherroepelijk besluit te nemen middels
een amendement. Wij kiezen ervoor om op dit moment de ruimte voor nieuw beleid te
bevriezen en met het ontdooien te wachten tot de komende begrotingsbehandeling respectieve
lijk de volgende kadernota. Vooropgesteld dat de financiële dreiging dan in voldoende mate
van de lucht is. Een motie waarbij het college tot een dergelijke aanpak wordt uitgenodigd is
ingediend door de P.v.d.A.-fractie en mede ondertekend door de V.V.D.-fractie.
De heer DE LEEUW
Het zal u niet verbazen dat wij ook op het amendement in zullen gaan, maar ik wil eerst even
een klein puntje nog, een andere zaak, aan de orde stellen en dat is in de richting van de heer
Van Raak. Wij hebben namelijk in de eerste termijn gewezen op de risico's van de Indicatie
commissie en de Wet Bejaardenoorden, of de invulling daar wel plaats kan vinden. Maar er
zit een tweede deel aan, met name een stukje waar het gaat om: üls je het sowieso in kunt
vullen zoals het in de Kadernota staat, zou je op termijn nog een risico richting Gemeente
fonds kunnen krijgen en dan willen we toch graag van u weten of dit dan ook binnen de sector
M.D.S.O. verrekend gaat worden, of op welke wijze u dat probleem dan zult tackelen. De
relatie die de D66-fractie legt tussen het stuwmeer bij Openbare Werken en de areaaluitbrei
ding, wordt door de wethouder teruggebracht tot het feit dat het beide om geld gaat. Daar
zitten we hier toch voor. We praten over een Kadernota en binnen het programakkoord zijn
punten voor nieuw beleid opgenomen waarbij een aantal punten is ingevuld. Met name de
onderhoudsgelden zijn fors verhoogd en nu, in een wat gewijzigde financiële situatie, mag dan
110