30 JANUARI 1992 12 geconstateerd dat het verkeerstechnisch niet kan en dus is het afgewezen. Er moet, als het er komt, een andere oplossing komen. Ik wil dan ook de volledige informatie aan de heer Garritsen geven. Dus dat is op dit ogenblik helemaal niet aan de orde. Voorzitter, ik heb al gezegd dat er sprake was van énige stemverheffing bij de heer Garritsen. Die is op dit ogenblik bij U, want ik kom nu aan het hoogtepunt van het betoog van de heer Garritsen. Ik kan de motie van de heer Garritsen alleen maar uitleggen als een rechtstreekse motie van wantrouwen in de richting van het college en in het bijzonder in de richting van deze wethouder. En wat betreft déze wethouder, als deze motie ook maar de minste of geringste ondersteuning krijgt vanuit de raad, dan houd ik de eer aan mijzelf. Daarbij vind ik drie inderdaad beneden het minste of geringste. De VOORZITTER Ik dacht al, we zijn bijna een wethouder kwijt. Er is een motie ingediend, dat betekent, als U daaraan behoefte heeft, dat U daarover in een derde termijn Uw oordeel kunt geven. Bestaat die behoefte? De heer GARRITSEN De inhoud van de motie is een volstrekt andere dan de uitleg die de heer Römkens eraan geeft. Er staat in dat wij niet anders eisen van het college dan dat de Willem Merkxtuin in zijn huidige omvang overeind blijft. Dat is iets waarover alle fracties in de raad zich in 1987 in feite hebben uitgesproken. Ik vind het noodzakelijk om dat nog eens een keer vast te leggen en door de plannen die ontwikkeld worden een streep te halen. De VOORZITTER Ter vermenigvuldiging van de motie schors ik de vergadering. Over twee minuten kan de motie worden rondgedeeld en dan weten we allemaal waar we ja of neen tegen zeggen. SCHORSING De VOORZITTER heropent de vergadering. De heer GARRITSEN Als toelichting, zeker na de uitleg van de wethouder op de motie het volgende. Het is een verzoek aan het college om op korte termijn met plannen te komen. We laten daar nog wat ruimte in, gezien de uitleg die de wethouder heeft gegeven. Ik vind wel dat die niet overtuigend is, want het zijn toch zaken die de afgelopen maanden zijn gebeurd. We hebben drie, vier jaar de tijd gehad om met de voorbereidingen te beginnen, dus ik denk dat we op korte termijn met plannen kunnen komen voor de Willem Merkxtuin, waarbij die in de huidige omvang blijft gehandhaafd. Ik denk dat dat essentieel is, zeker gezien de uitlatingen die de wethouder heeft gedaan over de fietsenstalling en over de jeu de boulesbaan. Die moet je absoluut uitsluiten. Dat houdt dan automatisch als tweede punt in dat de gemeentelij ke diensten dat soort zaken niet meer moeten gaan doen. Als we het antwoord hadden geweten, dan hadden we de motie nog uitgebreid, want wij vinden dat ook het Valkenberg in zijn huidige omvang en dan moet je niet naar al die bestemmingsplannen kijken, gehandhaafd dient te blijven. In alle discussies over het structuurplan van de binnenstad is dat nog nooit aan de orde geweest. De VOORZITTER Heeft iemand van U nog behoefte om het woord te voeren over deze motie?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 12