26 MAART 1992 146 Wethouder KOEKKOEK De vraag van de heer Adank of de uitvoering gevaar loopt als de dienst Openbare Werken het gaat uitvoeren, is een wat wonderlijke vraag. Want zoals u weet voert de dienst de werken niet uit, die worden allemaal door particuliere aannemers uitgevoerd. De dienst draagt de grote lijnen aan en het college neemt daarop de besluiten. In hoeverre het handig is en ook mogelijk is om op voorhand een aantal sluitende afspraken te maken met wellicht een of meer particuliere ondernemers, is een zaak die wij ook in het college aan de orde hebben gehad en op zich positief hebben beantwoord en binnenkort vindt een aantal informatieve gesprekken plaats om na te gaan of zoiets ook concreet uitgevoerd kan worden. Als dat tot iets leidt, dan zullen we daarover zeker de commissie informeren. Zowel u als mevrouw Heessels wijzen op de tarieven die flink oplopen. Ik denk dat ik uw opmerkingen kan combineren door te zeggen: het is denk ik zinvol om te zijner tijd een notitie via het college aan de commissie ter bespre king voor te leggen, waarin een aantal alternatieven geschetst kan worden en in een van die alternatieven kunnen we zeer zeker meenemen het punt op welke wijze je de verschillen tussen de groot en klein verbruikers kunt verkleinen. De laatste zin van het Rioolbeheerplan geeft ook al aan dat we daar zeer kritisch naar zullen kijken. We willen er onderzoek naar doen hoe het in overige grote Brabantse gemeenten is geregeld en wellicht dat we daar lering uit kunnen trekken. Ik zeg u deze notitie toe. De termijn kan ik op dit moment niet geheel beoordelen, maar ik hoop toch dat we in de maand mei u daarmee kunnen verblijden. Inzake de opmer king over de binnenstad het volgende. Het is inderdaad zo dat op dit moment ambtelijk een plan van aanpak wordt voorbereid om te komen tot een herinrichting van, zoals ik het altijd maar noem, de vloerbedekking van het kernwinkelapparaat. Daaraan voorafgaand willen we de riolering vernieuwen in het kernwinkelapparaat. Om te voorkomen dat je over twee of drie jaar de hele zaak weer open moet gooien en dan is het denk ik een kwestie van werk met werk maken, is het van belang die zaak heel goed te coördineren en te koppelen en op een zeer efficiënte manier uit te werken. We zijn daar volop mee bezig. Ik hoop, dat is de planning, dat we op 16 juli als het plan van aanpak in de raad is u te kunnen laten zien op welke wijze dat vorm wordt gegeven. Akkoord. 52. RECONSTRUCTIE ULVENHOUTSELAAN (ZUIDELIJK DEEL). De heer GARRITSEN Het voorstel dat voor ons ligt is op zich een aanzienlijke verbetering in vergelijking met de situatie zoals die nu is. Voor onze fractie geldt dat we ons afvragen of het inderdaad een optimale situatie is die je nastreeft. Zeker in de commissie, waar dit is besproken, is bekend dat onze fractie er sterk aan hecht om maximaal te kijken of het mogelijk is om volledig vrije fietspaden te kunnen aanleggen, omdat de rijstrook van de Ulvenhoutselaan echt heel smal is. Er gaat het nodige verkeer over en met die smalle fietsstroken blijft het toch een gevaar. Nu kun je zeggen: dat betekent weer meer grond aankopen, dat betekent toch weer wat meer moeilijkheden. Maar misschien kan de wethouder aangeven of er niet meer subsidiemogelijk heden zijn van de provincie als je compleet vrijliggende fietspaden gaat aanleggen. De wethouder heeft de commissie ook informatie toegezonden over de planning van het geheel. Daarin wordt ook melding gemaakt van de grondaankopen. En op het moment dat dat niet kan worden gerealiseerd, dan moet je gaan onteigenen. Dan betekent dat vermoedelijk helaas een vertraging van het plan. Dan zou je eens kunnen kijken of het dan geen zin heeft om eventueel een beperkte uitbreiding van die fietspaden te maken, zodat die echt helemaal vrijliggend zijn. Wij zijn bang dat als je het straks aanlegt dat je zegt: eigenlijk jammer. Want dan gaat het toch om het algemeen belang van een fietsveilige route van Breda naar Ulvenhout tegen het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 146