29 APRIL 1992
185
daarbij voorstellen, wat voor een bad wordt het? Wij hebben geen enkele behoefte aan een
zwembad van 16 miljoen zoals dat in het onderzoeksrapport naar voren is gekomen. Wij hebben
steeds gepleit voor een wat soberder recreatief bad, geënt op stedelijk niveau, dus geen regionale
functie. Daarbij voorzien wij grote problemen want zoals ik al eerder heb geschetst, heeft een
aantal randgemeenten al dergelijke voorzieningen. Dus dan zou het onverstandig zijn als je daar
zo'n groot project gaat wegleggen. We hebben toen reeds aangegeven: geacht college, onderzoek
nu eens of het op de huidige locatie Van Sonsbeeck kan, een kleiner en wat soberder bad. Dat
is tot twee keer toe van tafel geveegd omdat dat een onmogelijke zaak zou zijn vanuit ruimtelijke
ordening en verkeerstechnische zaken. Toen hebben we er vervolgens voor gepleit: kijkt u nu
eens in Breda West of daar geen locatie te vinden is. Dat was ook een onhaalbare zaak. Toen
is er vanuit onze kant voor gepleit om het dan in ieder geval zo kort mogelijk tegen de bestaande
wijken Gerardus Majella, het Heuvelkwartier en Princenhage aan te doen. Daar is steeds wat
waas om ontstaan, iedereen weet ongeveer denk ik waar de locatie geënt wordt, maar ja, het
schijnt een vies woord te zijn, maar er wordt niet uitgesproken waaraan het college dan denkt.
Er wordt wel gezegd dat het wel moeilijke onderhandelingen zullen worden met Defensie en
ik denk dat dan iedereen in kan vullen waar we dan aan moeten denken. Maar het wordt in ieder
geval niet uitgesproken. Het heeft
De heer GARRITSEN
Mag ik de heer Martens dan over de locatie vragen, want voor mij kwam het ook een beetje
uit de lucht vallen, een defensieterrein nu. Ik bedoel, het Sportfondsenbad staat er wel op, maar
in het Structuurplan Binnenstad heb ik verder niets gezien van een zwembad op de locatie
Chasséterrein, maar dan praat je over een ander militair terrein in de buurt van een Gerardus
Majella, waarvan uitdrukkelijk is gezegd, dat komt voorlopig zeker niet naar ons toe. U zegt:
iedereen is wel op de hoogte waar we over praten, geeft u eens aan, waar dan over praat, over
welke locatie, om voor ons de duidelijkheid te geven.
De heer MARTENS
Ik denk, om met de woorden van een bekend politicus te spreken, het is niet aan mij om een
locatie aan te geven. Ik heb herhaaldelijk in de richting van het college gevraagd: geef nu eens
aan waar de locatie van een nieuw recreatief bad komt, en u kunt van mij niet verlangen dat ik
hier even ga zeggen: ik denk aan die of die locatie. Ik ga ervan uit dat de nieuwe locatie van
een recreatief bad zeer dicht tegen de wijk Gerardus Majella aan komt te liggen. Op 19 maart
zijn wij uitgenodigd, de politieke fracties, om bij het comité Het Ei eens nader te komen verklaren
hoe wij tegen de hele gang van zaken aankeken met betrekking tot de sluiting van Het Ei, want
je kunt natuurlijk hoog en laag springen, de huidige locatie, zoals hij er nu bijstaat, Het Ei, is
toch nog een wijkvoorziening. En ook wij vinden dat in deze situatie het bestaande bad Het Ei
niet gehandhaafd kan blijven. Er moet denk ik vanuit onze richting in ieder geval van gezegd
worden dat wij pleiten voor een recreatief overdekt bad dat goed toegankelijk is en ik heb er
in de commissie ook reeds voor gepleit om er toch een kleine ligweide aan toe te voegen of een
gelegenheid te geven om buiten te zwemmen. Door de wethouder is gezegd dat te zullen bekijken
bij het programma van eisen. In datzelfde onderhoud met het comité Het Ei, waarbij Groen Links
en de VVD niet aanwezig waren, hebben D66, CDA en PvdA daar duidelijk aan de mensen
gezegd: als het preadvies eenmaal definitief wordt gepresenteerd dan moet het toch eigenlijk
duidelijk zijn waar de locatie is en wat globaal het programma van eisen is. Welnu, dat vinden
we niet in het preadvies terug. Op ons verzoek op de vergadering van 10 april, ondersteund door
de andere fracties, is toen gevraagd: college, u heeft nu een zin opgenomen onder Besluit, punt
3, waarin staat dat u "ten spoedigste" wilt pleiten dat u naar de raad komt met uitgebreide voorstel
len. Dat woordje "ten spoedigste" was voor ons eigenlijk een erg zwak argument, omdat ik dan
aan een tijdsbestek van vier maanden of een halfjaar denk. Maar dat mag ik beslist niet denken,