25 JUNI 1992
237
belangrijke mate bijdraagt aan het standpunt dat Breda zou moeten innemen met betrekking tot
deze overeenkomst. Nogmaals: terugeisen is er niet bij, er zijn geen schulden, eisen conform
een regeling als bij de saneringsovereenkomst kan niet, want er is geen regeling. Kortom, het
amendement zou ons veel verder weg brengen dan datgene waar de gemeente van Breda mee
is gediend. Voorzitter, ik kan niet langer meer praten, het amendement is er nog niet, maar ik
heb nu alles erover gezegd wat erover te zeggen valt.
De VOORZITTER
Ik kijk even in de richting van de heer Maas. In het Reglement van Orde staat niet dat een
amendement per se moet worden rondgedeeld om tot besluitvorming over te gaan. Ik interpreteer
het wat ruimhartig nu op dit moment. Wil de heer Maas wachten met de besluitvorming tot het
amendement is rondgedeeld?
De heer GARRITSEN
Voorzitter, kunt u dan niet, als u toch voortgang in de vergadering wilt hebben, de tweede termijn
even uitstellen en met de andere punten
De VOORZITTER
Ik stel voor dat we de tweede termijn afmaken en dan wachten met de besluitvorming tot het
amendement is rondgedeeld.
De heer MAAS
Ik heb op mijn vraag nog geen antwoord gekregen en dat was waarvoor die 15 miljoen nu
precies wordt aangewend, waar er geïnvesteerd gaat worden. Uit de schriftelijke beantwoording
was gebleken dat die 15 miljoen dan gebruikt gaat worden als een soort buffer voor nieuwe
investeringen. Nu komt er zelfs een heel investeringsprogramma boven tafel, maar het is op zijn
minst nogal ongebruikelijk om dat bij een jaarrekening te doen. Het ligt veel meer voor de hand
om dat bij een begroting te doen en dan niet een investeringsprogramma in de zin van: we denken
daaraan en we denken daaraan, maar daar ook graag een financiële verantwoording bij. Daar
heb ik helemaal niets van gezien. Meer heb ik er niet over te zeggen op dit moment.
De VOORZITTER
Mooi, dan gaan we zo dadelijk over tot de besluitvorming als het amendement is rondgedeeld.
We gaan inmiddels verder met punt 120.
120. WIJZIGING LEGESVERORDENING BREDA 1992.
Akkoord.
121. AANKOOPPROGRAMMA 1993.
De heer GARRITSEN
Van onze kant vinden wij het aankopen van gronden door de gemeente vaak een goede zaak,
maar het is wel zo, als je aankoopt dat je er toch enigszins zicht op moet hebben of je datgene
watje aankoopt, straks ook reëel kunt inzetten waarvoor je denkt dat het nodig is. Ik denk en
dat hebben we vorig jaar al eerder gehad in het vorige aankoopprogramma, met name aan de
aankoop van gronden in Heilaar-Steenakker. Met name wat betreft de gebieden van Steenakker:
moetje daar nü in feite als raad het college al machtigen en zeggen: dat kun je gaan doen, terwijl
er toch de nodige informatie ligt bij het college, onderbouwing van stukken, en dat blijkt dat
het toch allemaal financieel redelijk moeilijk is. Ik kan me voorstellen dat je niet wacht tot het