25 JUNI 1992 240 nog even noemen en dat is dat het tot voorbeeld strekt dat we hier in dit bestemmingsplan in één keer een 28-tal bestaande grote en kleine bestemmingsplannen wegvagen. Wegvagen in die zin dat ze nu volledig vallen onder het nieuwe bestemmingsplan Breda Zuid-Oost. In dit bestem mingsplan wijzigen nogal wat zaken en ik noem er één: de Claudius Prinsenlaan. De Claudius Prinsenlaan zal, wanneer hieraan uitvoering wordt gegeven zoals in dit bestemmingsplan staat, een heel ander aanzien krijgen en ik weet niet of iedereen daarmee wel gelukkig is. Er verdwijnt nogal wat groen, er worden nogal wat kantoren geplaatst. In de commissie heb ik de invalsweg Claudius Prinsenlaan het paradepaardje genoemd van de stad Breda. Maar ik denk dat we er dan ook voor moeten zorgen dat we dat ook kunnen bewerkstelligen en dat het zodanig wordt met de invulling van kantoren, dat in ieder geval aan het groen toch zodanig aandacht wordt besteed dat het dan ook die invalsweg waardig mag zijn. Op 13 mei zijn ook de bezwaarmakers in de gelegenheid gesteld om hun bezwaren nogmaals grondig toe te lichten. Er is dan ook terdege gebruik van gemaakt. Ik vind dat een goede zaak, we komen het voor bestemmingsplannen meer tegen. Ik denk dat dit toch een manier is om de bezwaarmakers de kans te geven hun bezwaar, nogmaals: niet iedereen maakt daar gebruik van maar diegene die dat wil, nog eens goed toe te lichten. Eén vraag heb ik gesteld en daar heb ik naar mijn idee niet voldoende antwoord op gekregen. Deze heeft betrekking op de 60% bebouwing aan de Trompenburg-Assumburgstraat. Als ik in het bestemmingsplan zelf lees dat er gebouwd zou moeten worden en dat het een samenhang moet geven met het bestaande, dus met datgene wat er op het ogenblik is, dan is het naar mijn mening zo dat 60% toch wel wat veel zal zijn. Ik zou u willen vragen of daar eens naar gekeken kan worden en er niet zo ruim gebouwd gaat worden dat dat ten koste gaat van de wijk. Er is ook nog even melding gemaakt en dat wil ik hier toch ook nog even noemen, van een aanpassing van de Burcht met een uitbreiding van 3.300 naar 4.000 m2 vloeroppervlakte en daarbij heb ik de kanttekening gemaakt of er toch wel degelijk goed gezorgd wordt voor een ruime parkeervoorziening, want je kunt natuurlijk wel groter worden, je kunt groter groeien, je kunt winkelvloeroppervlakteuitbreiden, maar vergeet in ieder geval niet de parkeervoorziening. Overigens is daar niet van gezegd, dat er niet meer geparkeerd zal kunnen worden in die mate waarin het straks nodig zal blijken te zijn. Maar ik denk dat het toch een zorg zal zijn. Het zijn een paar kanttekeningen die ik wil plaatsen en ik laat het verhaal dat ik in de commissie heb gehouden natuurlijk achterwege. De heer VAN DE STEENOVEN Dit is dan het eerste bestemmingsplan nieuwe stijl, als ik het zo mag noemen. Het verschilt met alle voorgaande die we in Breda hebben gehad, omdat het een veel groter gebied beslaat en omdat het ook veel globaler van opzet is. Die globaliteit bevordert de flexibiliteit, dat is een goede zaak, maar anderzijds brengt het ook een stukje onzekerheid naar de burgers, maar ook naar ons als gemeenteraadsleden, want we besluiten nu een heleboel, we geven in feite heel veel uit handen. Voor de raad is het in dit geval niet zo'n groot probleem, omdat hier sprake is van, wat je zou kunnen noemen, vooral een conserverend bestemmingsplan. Het meeste van het gebied is allang bebouwd en daar is niet zoveel aan te veranderen. De relatief beperkte hoeveelheid nog in te vullen terreinen wordt vooral bestemd voor woningbouw en dat vindt onze fractie een goede zaak. In de eerste plaats omdat de woningbouwlocaties op het ogenblik nog schaars zijn in Breda en in de tweede plaats omdat verdichting van de stad allerlei positieve effecten heeft. Het draagvlak van voorzieningen wordt verbeterd, de sociale veiligheid wordt bevorderd en het buitengebied kan daardoor gespaard worden en daar hechten wij bijzonder aan, zoals u weet. Anderzijds roept die verdichting juist bezwaren op bij bewoners, omdat die globale omschrijvingen met zich meebrengen dat mensen een stuk zekerheid missen. Wat gaat er achter hun huis, direct aangrenzend aan hun huis en dicht in hun buurt gebeuren? We hebben dat ook gezien: ondanks het feit dat het een conserverend bestemmingsplan is kwamen er hele reeksen van bezwaarschrif ten. Ons inziens heeft het college heel zorgvuldig gereageerd op die bezwaren. Wat dat betreft:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 240