15 JULI 1992
258
verkeerslichten zijn niet op de fietsers gericht, maar veeleer op de automobilist. Er ontbreken
bepaalde schakeltjes. De groenvoorziening zorgt er nogal eens voor dat fietspaden op zijn minst
sociaal onveilig zijn. Ik denk, als wij zouden beginnen met die dingen aan te passen, dat wij dan
al een heel eind op de goede weg zijn en het hoeft ook niet zoveel te kosten. Dat is wel het geval
met al die grootschalige verbredingen van fietspaden, die vragen enorme investeringen. Ik hoop
dat wij inderdaad voldoende middelen beschikbaar zullen hebben in de toekomst, dat wij ons
dat allemaal kunnen veroorloven. Maar zolang dat nog niet zo is, dan zeg ik: begin eerst met
de beperkte middelen die het hoogste rendement hebben. Ik heb ook gezegd: op het moment dat
wij echt kunnen beginnen aan die grote projecten ten aanzien van die fietsen, doe dat dan vanuit
het centrum, daar is de grootste verkeersdrukte - daar komen wij morgen nog over te praten -
en daar is het ook meer noodzakelijk dat mensen, die dat kunnen, ook met de fiets naar de
binnenstad zullen komen. Ik denk dat je daar ook het hoogste rendement kunt halen voor wat
betreft de beïnvloeding van de modelsplit. Tot slot een oproep: geen woorden, maar daden. Twee
jaar geleden heeft onze fractie al eens een motie ingediend bij de begrotingsbehandelingen inzake
fietsvoorzieningen. Die motie is door het college overgenomen, maar vervolgens is er niks
meegedaan. Wij vonden het heel bitter om dat toen te merken. Wij hopen dat er nu wel wat gedaan
gaat worden met al deze mooie woorden en dat wij en dat is dan ook mijn enige vraag die ik
hier specifiek heb, bij de begrotingsbehandeling 1993 al een actieplan van de werkgroep Fiets
mogen verwachten.
Mevrouw VAN BERGEN-NIJ EH OLT
De nota Voorrang voor Langzaam Verkeer geeft aandacht voor de fiets en de fietser en bij mijn
weten is het de eerste keer dat-wij hier in de gemeente een nota zo bespreken en hebben
voorliggen. In het streven om een beperking te stellen aan de groei van de automobiliteit, is de
fiets natuurlijk een belangrijk middel. Tenminste, het kan een belangrijk middel zijn. Ik denk
datje dan als gemeente wel voorwaarden moet scheppen om het die fietser ook mogelijk te maken
om van de fiets gebruik te maken. In de nota las ik op bladzijde 3 een voetnoot die ik erg onjuist
vind en die wil ik toch nog even herhalen: "indien niet anders vermeld, dan wordt in deze nota
met de term fiets zowel de bromfiets als de fiets bedoeld"Dat lijkt een heel onbelangrijk zinnetje,
maar het is wel van groot belang als je weet dat de bromfiets officieel 35 km per uur mag. Maar
het gaat er vaak niet om wèt hij mag, het gaat er vaak om wat hij doet. In opgevoerde toestand
kan een bromfiets wel 80 tot 100 km halen en vandaar dat je in de bebouwde kom ook nog wel
eens rechts door een bromfiets wordt ingehaald. In dat verband wijs ik op het gevaar voor
voetganger en fietser en voor de bromfietser zelf, maar bij die laatste zou ik niet te lang stil willen
staan, want dat doet hij dan toch nog altijd zelf. Maar die voetganger en die fietser zijn dus
letterlijk het lijdend voorwerp in dezen. In dat kader zou u ook het bezwaar moeten zien van
de VVD-fractie tegen de plannen om van de fietspaden langs de Claudius Prinsenlaan een
snelfietsroute te maken met tweerichtingen verkeer voor fiets en brommer. Ik vind dat gevaarlijk
en met mij onze fractie maar dat vindt ook de E.N.F.B. gevaarlijk alsmede de Ouderenadviesraad
gezien de brief die wij deze week in de fractie bespraken van 27 juni van de E.N.F.B. onder
c. en d. U kunt dat nog eens op uw gemak nazien. Daar wijst men ook op het gevaar van de
brommer op de fietspaden. En ik wijs u er bovendien op dat het Ministerie van Verkeer en
Waterstaat onderzoekt hoe het met bromfietsers om kan gaan in de toekomst, waar hij of zij wel
of niet mag rijden, enzovoort. Mijn dringende oproep aan het college is daarom: kunnen wij
nog niet even wachten met het inrichten van deze tweerichtingenfietspaden? Bovendien, van de
huidige fietsaccommodatie aan de Claudius Prinsenlaan wordt op dit moment druk gebruik gemaakt
en ik heb de indruk en ik gebruik die zelf ook weieens, dat die als goed wordt ervaren en dat
men er over het algemeen tevreden over is en dat die ook veilig is voor de fietser. Mijn oproep
aan u is: pak liever een gevaarlijke situatie aan elders. In die zin ondersteun ik wat ook de heer
Van de Steenoven zegt, daarmee bereik je een snel rendement en laat je ook aan inwoners van
Breda zien dat het ons serieus is met de voorrang voor langzaam verkeer. Doe iets op de gevaar
lijke punten elders. Ik heb daarvan in de commissie al veel voorbeelden gegeven, maar ik wil
de wethouder best uitnodigen om eens een fietstocht met mij te maken door de stad om dan eens
wat gevaarlijke punten te bekijken. Het zou wellicht echt iets moois kunnen zijn en dan zouden