15 JULI 1992
259
wij samen wat In ieder geval, dit is een aanbod dezerzijds aan de wethouder. Misschien wil
hij er gebruik van maken. Ik heb nog een andere overweging ten aanzien van de stallingen. Uit
de tijd dat de bus nog halteerde, zoals men dat bij Openbare Werken zo mooi zegt, in de
Eindstraat, herinner ik mij dat achter veel winkelruiten een bordje stond of hing met de tekst:
zet uw fiets daar waar u koopt. Met de komst van het voetgangersdomein is dat natuurlijk komen
te vervallen, want toen was dat dus niet meer echt mogelijk. Maar dat is eigenlijk wel wat de
fietser wil, die wil graag zijn fiets daar stallen, of vlakbij stallen waar hij moet zijn en niet, zoals
in de nota staat, dat er voor de fietser die vanuit de Haagse Beemden komt en naar de stad gaat
een stalling wordt gesitueerd bij de Havermarkt of in die buurt, want die fietser moet wellicht
op Zuidpoort zijn, of aan de Boschstraat, of aan de Haagdijk om maar eens drie uitlopers of
inlopers te noemen. En dan denk ik, dit is niet de visie van de fietser die u hier verkoopt, dit
is de visie van de automobilist. Ik ben hierop in de commissievergadering al diep ingegaan, ik
wil het nu wat korter houden, maar de wethouder kent mijn verhaal uit de commissie nog en
anders kan ik dat een andere keer wel toelichten. Over de toegezegde aanvullende nota van de
wethouder moet ik zeggen dat er snel is gewerkt. Wij hebben iets gehad, maar het was inhoudelijk
eigenlijk niet helemaal datgene waarop wij hoopten en in die zin betreur ik misschien die snelheid,
maar in ieder geval de inhoud. Wel hadden wij iets aan het ongevallenstaatje, dat staat op bladzijde
2 van die aanvullende informatie. Daarop staan de letselongevallen ingevuld en die komen
uiteraard op 100% uit en in 93 daarvan is het gemotoriseerd verkeer oorzaak van het letselon
geval aan de fietser en van die 93% wordt dan weer 14% veroorzaakt door bromfietsers. Als
u nu in dat licht die opmerkingen bekijkt die ik net maakte over de Claudius Prinsenlaan en over
die tweerichtingenfietspaden, waarop ook de brommer mag, dan weet u denk ik dat wij vinden
dat dat een schijnveiligheid is voor de fietser, waar wij toch niet zo graag aan willen. Tot slot
het raadsbesluit. Het raadsbesluit bestaat uit twee punten. Het eerste kan ons volgens nog net,
maar ik wil daarbij wel de zo juist gemaakte kanttekeningen overeind houden. Maar ten aanzien
van punt twee is de VVD-fractie het niet met het voorgestelde deel van het concept-besluit eens.
Wij vinden dat Breda tal van gevaarlijke straten heeft en de wethouder heeft in de commissie
een toezegging gedaan die niet op de aanvullende notitie is verschenen. De wethouder heeft gezegd
de bestaande voorzieningen eens te bekijken, de verkeerslichteninstallaties eens te bekijken in
relatie tot een groene golf voor de fietser en de situatie rond het bromfietsverkeer eens te bekijken.
Die toezegging vond ik op zich heel leuk, maar wat geeft die nu concreet te zien in het kader
van punt twee van het concept-besluit?
De VOORZITTER
Ik begrijp dat collega Koekkoek in de commissie nogal het een en ander heeft toegezegd. Maar
voordat hij namens het college gaat toezeggen dat hij met u mag fietsen, moet het college zich
er even van overtuigen dat hij kan fietsen.
De heer VAN GURP
Ook wij hebben in de commissie gesteld, dat wij de nota op zich een prima startnota vinden.
Ik zou mij willen aansluiten bij het betoog van de heer Van de Steenoven, waar het gaat om de
startprojecten. Ook wij hebben dat gevraagd in de commissie. Ik dacht dat dat unaniem was en
de wethouder heeft toen inderdaad toegezegd dat middels een aanvullende notitie zou worden
ingegaan op de aanpak van welke projecten eerst. Dat komt in die notitie helemaal niet naar voren,
zoals ook mevrouw Van Bergen heeft moeten constateren. Ook onze fractie zou van de wethouder
graag willen horen hoe hij hier dan gevolg denkt te geven.
De heer GARRITSEN
Van belang is, als wij die nota vaststellen, dat er daadwerkelijk wat gaat gebeuren. Ik heb in
de commissie al gezegd dat wij zo'n tien jaar geleden de eerste nota over langzaam verkeer hebben
gehad, maar dat was eigenlijk alleen maar een nota geweest, want er zat geen uitvoeringspro
gramma bij. Nu komt dan deze nota en die is inderdaad wel wat concreter dan de vorige. Wij
vinden het met name belangrijk dat u jaarlijks ook met een evaluatie komt, over datgene dat
daadwerkelijk is gedaan. Over een aantal zaken zal de nodige inspraak moeten plaatsvinden: hoe