16 JULI 1992
310
dat dit geen drukke weg wordt en dat wij er ook vanuit gaan dat we de weg qua vormgeving
beperkt kunnen houden tot twee keer één rijbaan, daarom wijzen wij ook deze motie af.
De VOORZITTER
Daarmee zijn wij aan het eind gekomen van de eerste instantie. Ik stel voor om een koffiepau
ze te houden van 15 minuten.
PAUZE
De VOORZITTER heropent de vergadering.
De VOORZITTER
Ik heropen de vergadering voor de tweede instantie met betrekking tot het Structuurplan
Binnenstad Breda. Van diverse zijden is tijdens de koffiepauze aan mij gevraagd om er nog
een keer bij u op aan te dringen het zo kort en zakelijk mogelijk te houden, mede gezien de
resterende agendapunten voor vanavond.
De heer DERIJCKERE
Bedankt voor de beantwoording. Uit de beantwoording hebben wij onder andere begrepen dat
het nog niet zeker is dat aan de Karnemelkstraat de ruimte echt voldoende is om daar tot een
overstapstation te komen. Wij hebben ook uit de briefwisseling begrepen dat er zekere risico's
liggen ten aanzien van artikel 19-procedures, maar wij nemen aan dat die in relatie staan tot
de busbaan.
De heer VAN GURP
Mijnheer Derijckere, dan hoef ik dat in mijn tweede termijn niet te doen, "aannemen", het
staat hier gewoon. De wethouder dwingt ons nu toch om dit stuk erbij te betrekken. Op pagina
twee van de fax staat onder punt d, dat dit alleen maar slaat op de vrije busbaan en niet op
allerlei andere zaken, die mogelijk niet door kunnen gaan.
De heer DERIJCKERE
Wellicht geeft u nu het antwoord, mijnheer Van Gurp, dat de wethouder zal geven. Ook ik
lees het zo, maar ik weet niet of het college het ook zo leest. Dat er snelheid is geboden, dat
zijn wij denk ik, met elkaar eens. Die snelheid hebben wij in het amendement, dat wij samen
met de VVD en D66 hebben ingediend, ook proberen in te brengen, door te verzoeken de
onderhandelingen zo snel mogelijk af te ronden en voor het eind van dit jaar te komen met het
resultaat daarvan en een concreet voorstel ten aanzien van het tracé van de busbaan. Als er al
zo veel gesproken is met elkaar tussen Rijk, Provincie en gemeente, als er al zoveel materiaal
op tafel ligt, dan lijkt ons dat zo'n onderhandeling en zo'n herbezinning niet erg veel tijd in
beslag hoeft nemen en dan zal het denk ik toch wel mogelijk moeten zijn om niet aan het eind
van dit jaar, maar in het vroege najaar met de resultaten daarvan richting commissie en raad te
komen. Derhalve hebben wij besloten om, ondanks het indringend verzoek van het college om
het amendement in te trekken, het amendement te handhaven.
De heer VAN DE STEENOVEN
Naar aanleiding van het betoog van de wethouder heb ik eigenlijk maar één vraag en die heeft
betrekking op de ontwikkelingsnota's en de artikel 19-procedures. U heeft op een gegeven
moment gezegd: wij maken ontwikkelingsschetsen waarop geen normale bezwaarschriftenpro
cedure mogelijk is en u zegt: daarna zouden wij dan toch met artikel 19 komen. Is het, mede