24 SEPTEMBER 1992
354
De Heer GOOS
Want de nestor
De VOORZITTER
U mag nog niet.
De heer GOOS
De nestor is daarop niet voorbereid. Ik heb ook geen verhaal. Ik dank u heel vriendelijk.
De VOORZITTER
U mag nog niet. U moet nog even wachten. Het woord is aan de plaatsvervangend nestor van
de raad, de heer Martens.
De heer MARTENS
Dames en heren, voorzitter, u ziet hoe moeilijk het is om de nestor te vervangen. Ik ben
uiteindelijk geen tweede nestor maar vierde, heb ik uitgerekend. Er zijn er vanavond hier die
uiteindelijk nog langer zitten dan ik, maar er is vanavond in de Bredase politiek iets bijzonders
aan de hand. Ik wil daarover twee opmerkingen vooraf maken. De allereerste is dat Erik de Bruijn
vanavond een prachtige stropdas aan heeft. Dat betekent iets. Dat betekent dat er iets te vieren
valt en iets bijzonders. Vandaar dat ik die opmerking maak. En de tweede is: we hadden vroeger
een avondje NAC in Breda, maar we hebben vanavond een avondje CDA. Ik hoop dat het niet
te lang duurt want dat is natuurlijk ook niet zo goed. Het was omstreeks de 16e september 25
jaar geleden dat Jacques Goos, zij het niet aaneengesloten, de Bredase politiek binnenkwam. Dat
was op 6 september 1966, de voorzitter heeft het al gezegd, tot 1970. Ik heb het niet na kunnen
trekken, ik heb een paar uur in de notulen zitten grasduinen, maar ik moet in alle eerlijkheid
zeggen dat ik vanavond hier uiteraard niet die vijfentwintig jaar de revue laat passeren. Ik wil
toch even stilstaan bij die beginperiode van Jacques GoosWant de voorzitter heeft in het verleden
herhaaldelijk gezegd dat er grote zorgen waren over de continuïteit van het bestuur, een groot
verloop binnen de raad. Dat was toen ook zo. Er waren ongeveer 13 raadsleden die niet meer
terug kwamen. Er was een burgemeester die niet meer in functie was, er was een loco
burgemeester die 434 dagen loco-burgemeester was. Op het waarom ga ik hier niet in, want het
zal de insiders wel bekend zijn denk ik. Maar Jacques Goos heeft vier burgemeesters versleten,
inclusief de loco. Dat waren Meijs, Merkx en Frans Feij en hij is nu aan zijn vierde bezig. Hij
heeft ongeveer, als ik De Telegraaf goed lees maar dat kan nu niet meer want dat is inmiddels
een station gepasseerd, inmiddels 15 wethouders versleten. Dat is een gemiddelde van pakweg
anderhalf jaar en ik moet constateren dat dat laatste zit in de laatste 8 jaar. Want in de jaren
1966/1970 tot aan begin 1982/1983 was de continuïteit van het dagelijks bestuur vrij behoorlijk.
De mensen zaten regelmatig lang en dat baart mij ook zorgen maar het is niet aan mij vanavond
om daarop in te gaan. Jacques Goos kwam op 6 september 1966 in de raad en, dat zie je toch
bij raadsleden: dat ieder vanuit zijn eigen continuïteit zoals hij in het dagelijks leven functioneert
toch in die raadscommissie terecht komt, hij kwam toen nog terecht bij het Slachthuis en bij de
beplantingen. Zijn eerste betoog hield hij op 16 september 1967 en het is frappant dat het voorstel
dat hij toen moest verdedigen, of althans waarover hij het woord moest voeren, vanavond ook
weer aan de orde komt: Heilaar-Steenakker. Hij voerde het woord op 16 september over het
bestemmingsplan Princenhage-Noord. Dat ging over de reconstructie van de Heilaarstraat. Hij
zei zoals het hier letterlijk in de notulen staat: "Ik ben bewoner, voorzitter, en het is voor mij
erg moeilijk om daar vanavond het woord over te voeren". Maar hij deed het toch. Hij veegde
alle werktuigkundigen en alle ingenieurs van de tafel af door te zeggen: het is eigenlijk een foute
boel om de fietspaden naast de Heilaarstraat van de rijweg te scheiden. Dat moest omdat de veiling
vanuit de Belcrum, waar nu de Profimarkt is, ging naar de Heilaarstraat, zoals die er nu ook