24 SEPTEMBER 1992 360 181. BEGROTING 1993 INDUSTRIE- EN HAVENSCHAP MOERDIJK EN DE DAARBIJ BEHORENDE MEERJARENRAMING 1994 TOT EN MET 2001 De heer MAAS De wethouder is er niet. De VOORZITTER Er is altijd een plaatsvervanger. De heer MAAS Een kleine herhalingsoefening: namelijk in de raadsvergadering van 25 juni jongstleden heeft onze fractie een amendement ingediend waarin het college werd gevraagd aan de raad van bestuur van het I.H.M. kenbaar te maken dat ze niet instemt met het creëren van een financiële buffer. Naar de mening van onze fractie dient het batig saldo over 1991 te worden uitgekeerd aan de deelnemers. Nu ligt er een meerjarenraming 1994-2001 van het I.H.M. In deze meerjarenraming is een sterke stijging van de financiële buffer opgenomen. Over uitbetaling aan de deelnemers van de batige saldi wordt niet gerept. Dat betreuren wij in hoge mate. We verzoeken dan ook het college om aan het bestuur van het I.H.M. kenbaar te maken dat er in de meerjarenraming een traject voor terugbetaling aan de deelnemers wordt opgenomen. Wethouder SANDBERG Hier is bekend het oordeel van de fractie die zo net heeft gesproken. De terugbetaling zoals die door haar wordt gewenst is nu voor het eerst geregeld. Dat wil zeggen dat allereerst de bedragen worden terugbetaald die na de hele saneringsoperatie door de onderscheidene participanten in de gemeenschappelijke regeling zijn betaald en dat daarna aan de orde gaat komen de bijdrage die de onderscheidende participanten aan de saneringsoperatie hebben bijgedragen. Dat zou bekend moeten zijn. Daarover is een brief geschreven aan de gemeenschappelijke regeling en een afschrift is ter kennis gebracht aan de raad. Terugbetalen op basis van ramingen: dat gaat zelfs het I.H.M. te ver in deze voorspoedige tijden voor Moerdijk. Wel is het zo dat, als de exploitatie via meerjarenramingen gaat verlopen, het tijdstip waarop Breda mogelijkerwijs iets terug gaat krijgen van wat zij in het verleden in Moerdijk heeft betaald met rasse schreden nader zal komen. De heer MAAS Van de brief waarover de wethouder spreekt heb ik met instemming kennis genomen. Dat is nu alleen niet aan de orde. Nu is aan de orde de meerjarenraming en in die meerjarenraming is opgenomen, zoals ik zojuist zei, het creëren van een grote financiële buffer. En dat is hetgene waarmee ik een probleem heb. Ik blijf bij mijn mening dat er in een meerjarenraming wel degelijk een traject van terugbetaling zou kunnen worden opgenomen. In deze meerjarenraming is een grote financiële buffer opgenomen en ik vind dat een oneigenlijke situatie en voor ons is dat de reden om niet akkoord te gaan met het raadsvoorstel zoals dat nu is geformuleerd. Wethouder SANDBERG Ik beschouw het maar als een stemverklaring. Er is geen sprake van een buffer in de sfeer van een spaarkous of een potje maken. In de meerjarenraming is er sprake van dat er eerst veel geld gegenereerd moet worden, vervolgens veel meer moet uitgegeven worden om tenslotte te gaan verdienen. Dat is een andere benadering en ik denk dat dat van de meeste participanten een bijzonder gezonde benadering is. Akkoord, met de aantekening dat de fractie van Groen Links geacht wil worden te hebben tegengestemd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 360