20 FEBRUARI 1992 36 festival wordt gehouden. Er zijn talloze voorbeelden, ook weer vanuit Apeldoorn, waarbij door allerlei commerciële activiteiten de kwaliteit van het evenement wordt geschaad. En dan moet je durven te kiezen als overheid en het college heeft ook als zodanig gekozen. Ik zeg graag toe aan de heer Taks, en dat ligt eigenlijk ook in het verlengde van wat we met de horecaondernemers hebben afgesproken, dat er na een jaar een evaluatie gaat komen. Overigens verwachten we op dit moment voor dit jaar geen problemen, maar volgend jaar zullen we u een evaluatie geven. Ook bekijken we dan met elkaar of deze regeling voldoende heeft gefunctioneerd. Voorshands geldt deze regeling uitsluitend voor het Jazzfestival. Mocht blijken dat daaraan ook bij andere evenementen behoefte is, dan kunnen we dat altijd nog met elkaar besluiten, maar daarvan kunnen we u natuurlijk ook via de commissie Algemene Zaken in kennis stellen. Kortom, het college is, alles afwegende, van mening, gezien de ervaringen van Apeldoorn, gezien het goede overleg dat wij hebben gehad met de betrokkenen, gezien ook het informeel instemmend geluid van de Provincie, dat dit een verantwoorde weg is om ervoor zorg te dragen dat een evenement dat per dag zo'n honderdduizend bezoekers trekt, die kwaliteit blijft behouden, die het de afgelopen jaren ook nationaal en internationaal heeft gekregen. De heer DE LEEUW Heel kort, voorzitter. Laat duidelijk zijn dat wij geen frikandellenfestival in bloemetjesjurk willen in Breda. Ik denk dat als dat de kwaliteit is, dit opmerkingen zouden moeten zijn die duidelijk te onderscheiden zijn. Wij vinden dat de A.P.V. in dezen toch een te zwaar middel is. Vandaar dat wij bij ons standpunt blijven. De heer GARRITSEN U hebt toch naar onze mening te weinig aangegeven om welke buitenactiviteiten het gaat, die straks verboden gaan worden. Er wordt gezegd dat het activiteiten kunnen zijn met een wat ander genre. Als we naar de praktijk in de Bredase binnenstad kijken, dan zijn er podia op de Havermarkt, op de Grote Markt bij de Bruine Pij en bij het Spanjaardsgat, het bekende schip. Er zitten soms accentverschillen in muziek. Maar ik denk niet dat wij dienaangaande moeten ingrijpen. Ik wil van u voorbeelden horen van buitenoptredens, die nu verboden gaan worden of moeten worden, waardoor de kwaliteit van het jazzfestival omhoog gaat. Dat hebt u naar onze mening onvoldoende aangetoond. In het voorstel wordt onder het kopje "Motivering/Toelichting" gesproken over de uitgifte van verkoopstandplaatsen tijdens de evenementen. Als je dan over het grijze circuit praat, dan praatje ook over een stuk inkomstenderving en dat soort zaken. Wij vinden dat dat toch iets is, wat de gemeente zou moeten doen, want de gemeente heeft de mogelijkheden om het aantal verkoopstandplaatsen, op het moment dat er grote evenementen zijn, te verminderen. Dat gebeurt ook met de stands die altijd op de Grote Markt staan, dat is ook niet ongelimiteerd. Je kunt dienaangaande gewoon ingrijpen. We zien absoluut niet in waarom je tijdens zo'n festival op deze manier moet ingrijpen. Ik vind, als dit wordt ingevoerd, dat u duidelijker moet aangeven wat de stichting inderdaad gaat aanpakken en wat er nu of in de toekomst anders gaat worden dan het vorig jaar. De VOORZITTER Nog één opmerking aan het adres van de heer Garritsen, overigens niet in de hoop dat ik zijn fractie kan overtuigen, maar het is een ultieme poging om in ieder geval enig begrip bij te brengen voor het standpunt van het college van B. W. Als we de huidige situatie laten voortbestaan, dan is het in principe voor iedere horecagelegenheid mogelijk om buiten een podium te zetten en op dat moment iedere soort muziek te laten bedrijven die dan wenselijk is. Wij kunnen daaraan als college op dat moment helemaal niets doen. Via een eenvoudige kennisgeving mag de horecaexploitant dat op dat moment doen. Dat soort situaties willen we

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 36