20 OKTOBER 1992 426 ook hebt gehoord hier en daar, want eenmalig geld blijkt ook nog welkom te zijn. Over de financiële positie zegt de heer Taks dat die verslechterd zou zijn. Dat was gewoon een logische doorberekening van de junicirculaire. In de commissie Financiën hebben wij u inmiddels ook een totaaloverzicht gepresenteerd van het effect van kadernota naar begroting en dat is meer dan alleen de junicirculaire, het is een totaalbeleid geweest en ik neem aan dat u daarvan inmiddels ook kennis hebt genomen. Naar aanleiding van een opmerking van de heer Garritsen over de taakstelling van 15 miljoen het volgende. De heer Sandberg heeft daar ook wat over gezegd. Ik leg het als volgt uit: we hebben nu in het meerjarenperspectief een gat. Op het moment dat we allerlei dingen willen, maar die dingen niet allemaal kunnen, zullen we samen maatregelen moeten treffen om datgene te kunnen doen dat we ook willen en dat blijft. En dan zullen we alle prioriteitstellingen ten opzichte van elkaar daarmee weer worden afgewogen. Hetzelfde geldt in relatie daarmee ook voor de afweging van de stadsvernieuwingsgelden. De heer GARRITSEN De wethouder onderschrijft wat ik in de commissie heb gezegd, dat de politiek daar leiding moet geven, dat de wethouders daar ook het voortouw moeten nemen en dat het niet wordt afgeschoven op een gemeentesecretaris. Die kan wel in de voorbereiding de zaken op de rails zetten, maar u heeft daarin als wethouder Financiën een hele zware taak en u moet zich niet en dat geldt voor het hele college, verschuilen achter de gemeentesecretaris. Wethouder VAN DONGEN Op het moment dat u dat constateert, dan denk ik dat u de eerste bent die aan de bel zal trekken. U kunt en u mag dat van dit college niet verwachten en dat zult u ook in de resultaten tot uiting zien komen. De secretaris krijgt een zware verantwoordelijkheid in het voorbereidend werk en de politiekzal op basis van voorstellen en afwegingen tot besluitvorming komen. Dat is de primaat aan de politiek, waarvoor we met zijn allen de verantwoordelijkheid dragen. De VOORZITTER Dat lijkt me een hele mooie afronding. Wethouder VAN DONGEN Ik heb nog twee kleine antwoorden. U moet niet te vlug zijn, het begint nu net leuk te worden. Ten aanzien van de panden in de Catharinastraat heb ik gisterenavond bij de tweede fase van de behandeling in de commissie Financiën gezegd dat we dit jaar met een voorstel komen ten aanzien van de totale positie van de gemeentelijke panden. Daarvan maken ook de panden Cathari nastraat deel uit en ook het perspectief ten aanzien van de senioren huisvesting. Een paar opmerkingen ten aanzien van milieubeleid. De heer GARRITSEN Gaat dat over de boekwaarde? Mijn vraag was of men minimaal uitkomt met de boekwaarde, want dat was de voorwaarde bij de afstoting. Wethouder VAN DONGEN U zult op het moment dat u de voorstellen krijgt, inzicht krijgen in de financiële gang van zaken. De heer GARRITSEN Dat zijn de randvoorwaarden die daaraan zijn gesteld. De boekwaarde moet er minimaal uitkomen anders lever je erop in. U hebt er al heel lang op gestudeerd, dus ik neem aan dat u dat kunt weten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 426