26 NOVEMBER 1992
470
De VOORZITTER
Ik zal aan het eind van de vergadering nog terugkomen op dat wat u voor u heeft liggen, een
traktatie, kennelijk van wat mensen.
I. VASTSTELLING VAN DE NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE RAAD VAN
DE GEMEENTE BREDA OP 15 JULI, 16 JULI EN 24 SEPTEMBER 1992.
Akkoord.
II. MEDEDELING VAN INGEKOMEN STUKKEN.
Akkoord, met de stukken onder A,C en D.
247. KREDIET GROOT 350.000,- VOOR TIJDELIJKE HUISVESTING TEN BEHOEVE
VAN DE DIENST BRANDWEER.
248. WIJZIGEN REGLEMENT VASTE ADVIESCOMMISSIES.
Akkoord.
249TOETREDING ALS DEELNEMER TOT DE "STICHTING VLIEGVELD WELSCHAP"
De heer DUBBELMAN
Namens de grootst mogelijke meerderheid van de fractie kan ik u melden dat wij onze steun aan
dit voorstel niet willen onthouden. Deze steun mag overigens niet uitgelegd worden als een
pleidooi voor luchtverkeer, want wij erkennen als voltallige fractie dat het vliegverkeer relatief
milieuhinderlijk is. Dit aspect is heel begrijpelijk onderlijnd in de Milieucommissie. Het tegengaan
van vliegverkeer in zijn algemeenheid is echter niet zozeer een zaak die de huishouding van de
gemeente aan gaat, uiteraard wel het beperken van lawaaioverlast en de bevordering van de
veiligheid voor de Bredase inwoners. Daarbij wordt door onze fractie erkend dat Welschap een
gegeven is; een gegeven waarmee ook enige belangen van het Bredase bedrijfsleven gemoeid
zijn, zoals in de commissie Economische Zaken terecht is gesignaleerd. Een belangrijke
slotoverweging in onze steun aan het voorstel is het gegeven, dat in het samenspel van de grote
gemeenten in Brabant een solistisch en ten opzichte van de andere grote steden tegengesteld
optreden van de gemeente Breda niet opportuun is. Fractiegenoot Adank acht dit voorstel zover
verwijderd van het gemeentelijk milieubeleid dat hij zijn steun aan dit voorstel van het college
van burgemeester en wethouders niet kan geven.
De heer VAN DE STEENOVEN
Ogenschijnlijk is dit een onbetekenend agendapunt, 12.500,— per jaar voor promotie
Burgerluchtvaart Welschap is bepaald geen hoofdpunt van beleid. Toch moet mijn fractie
vaststellen dat dit voorstel in korte tijd het derde is, waarbij het milieubelang het heeft moeten
afleggen voor andere belangen. Juist dit college zou moeten weten dat vervoer door de lucht
een veelvoud aan schadelijke emissies veroorzaakt ten opzichte van het vervoer per spoor en
dat het Nationaal Milieubeleidsplan juist wil stimuleren dat er een verschuiving plaatsvindt van
vlieg- naar railvervoer. Kan het college zich niet meer herinneren welke acties er enige jaren
geleden onder andere door de toenmalige Bredase Milieuwethouder zijn gevoerd tegen de overlast
van het vlieglawaai van Gilze-Rijen? Is het in dit kader niet erg inconsequent en zelfs egocentrisch
om nu geld uit te geven voor de promotie van vliegverkeer en dus vlieglawaai in een dicht bevolkt
gebied hier 50 km vandaan? In het preadvies wordt het economisch belang van Welschap voor