17 DECEMBER 1992
493
kadernota ook vergeten, wantje krijgt er namelijk ook nog een aantal gevolgen voor het overige
gedeelte van de kinderopvang.
Wethouder VAN RAAK
De signalen zijn luid en duidelijk. Dat betekent dat ik hoop te kunnen beantwoorden aan de nu
aan het compleet college toegedachte creativiteit. In de richting van mevrouw Heerkens: ik heb
hier op dit moment niet gesproken in een andere benadering dan u veronderstelt, u veronderstelt
dat die namens het college uitgesproken zou zijn. Het college heeft over eventuele uitbreiding
in de Haagse Beemden, de welzijnsuitbreiding, de uitleg van de stad en dat soort zaken, nog
geen standpunt ingenomen. Die discussie moet in het college nog plaatsvinden en die vindt plaats
begin januari.
Akkoord.
274. BENOEMEN TWEE LEDEN OUDEREN-ADVIESRAAD.
De VOORZITTER
Het gaat om een enkelvoudige bindende voordracht. Dat betekent dat u daar niet van kunt
afwijken. Ik stel u daarom voor om mondeling de twee voordrachten te accepteren en aldus de
voorgedragenen te benoemen.
Akkoord met de benoeming van de heer J. van Noorden en de heer J. Sillekens als leden van
de Ouderen-Adviesraad.
275.
1KENNIS TE NEMEN VAN DE DOOR HET RIJK VOOR 1993 TOEGEKENDE BUDGET
TEN IN HET KADER VAN HET BESLUIT WONINGGEBONDEN SUBSIDIES.
2. AANWENDEN VAN DE VOOR 1993 BESCHIKBARE B.W.S.-BUDGETTEN (HET
VOLUMEBESLUIT).
Akkoord.
276. GEMEENTELUKE FINANCIëLE BIJDRAGE AAN DE UITVOERING VAN HET
WOONRUIMTEVERDELINGSBELEID
De heer H. VAN DONGEN
In de commissie is heel lang over een voorstel gesproken. Op het einde stelden wij vast dat er
gedeeltelijk een nieuw concept-besluit zou komen. Ik heb daar toen medegedeeld dat ik ermee
terug zou gaan naar de fractie. Namens mijn fractie kan ik het volgende mededelen: wanneer
dit besluit direct wordt bekrachtigd is er een nieuwe richting ingeslagen. Er is duidelijkheid voor
beide partijen, de corporaties en de S.W.B. enerzijds en de gemeente anderzijds. Eerstgenoemde
corporaties waren duidelijk en zijn duidelijk, maar ook de gemeente was duidelijk. Overeenstem
ming bleek niet mogelijk en de afbouwregeling overeenkomstig het bepaalde in een contract treedt
nu in werking. Men kan dat betreuren, men kan er lang over praten, maar het zij zo. Als CDA
spreek ik de hoop uit dat alle betrokkenen toch intensief blijven samenwerken, uiteraard vanuit
ieders verantwoordelijkheid. Wij spreken de wens uit dat het moge lukken maar wij zijn er niet
gerust op. Het gaat om een belangrijke, maar ook om een moeilijke opdracht. Wie had ooit
gedacht dat wij er na vijftig jaar nog steeds op attent moeten blijven dat de beschikbare
woonruimte zo rechtvaardig mogelijk wordt verdeeld. U kunt ervan verzekerd zijn dat wij de
ontwikkelingen nauwlettend zullen volgen.