17 DECEMBER 1992 527 Mevrouw HEESSELS Heel kort, omdat wij in de commissie niet hebben geadviseerd over dit voorstel. Ik denk dat de nota de aandacht geeft aan de vrijwilliger die hij of zij ook verdient. Tenslotte leveren een hoop vrijwilligers een daadwerkelijke bijdrage aan het voorzieningenniveau van de stad en hoewel deze nota naar aanleiding van de inspraak op een aantal punten concreter is geworden, is de mening van onze fractie dat de ondertitel "keuzes en initiatieven" toch niet geheel de lading dekt van de nota. De PvdA-fractie zou graag van het college vernemen hoe men denkt over de rol van de vrijwilligerscentrale in het kader van de coördinatie van het vrijwilligersbeleid. In de PvdA- fractie is een nadere discussie geweest over het voorstel met betrekking tot het instellen van een Stimuleringsfonds, met name over het feit waarom dit fonds niet kan worden ondergebracht bij het Fonds Sociale Vernieuwing. In de commissie vind ik dat het niet echt duidelijk is overgekomen en de PvdA-fractie zou u dan ook willen verzoeken om bij het opstellen van de richtlijnen voor dat fonds toch te kijken of het fonds niet alsnog zou kunnen worden ondergebracht bij sociale vernieuwing. Het blijft dan in ieder geval toch nog onder dezelfde wethouder vallen. Wethouder VAN FESSEM Betreffende de positie van de vrijwilligerscentrale in Breda: die behoudt de positie die ze heeft en die zal denk ik op een aantal onderdelen een belangrijke rol kunnen spelen bij de uitvoering van deze nota. We zullen de vrijwilligerscentrale daar uitdrukkelijk bij betrekken. Overigens werkt zij ook samen met andere instellingen die ook vrijwilligerswerk ondersteunen, I.M.W., Vertizontaal, Thuiszorg en dergelijke en er is regelmatig overleg, heb ik begrepen, tussen de gemeente, het bestuur en de medewerkers van de vrijwilligerscentrale. Dus dat is een duidelijk verhaalwij gaan ons daar natuurlijk mede op richten. Mevrouw Heessels heeft het over het fonds Die sociale vernieuwing heeft soms ook iets geheimzinnigs, dat is een soort paraplu waaronder veel valt te stoppen, een grabbelton waar nogal eens wat uit te halen valt, heb ik in deze periode mogen ervaren. Op zich is het heel aardig maar als we over sociale vernieuwing praten, praten we over mensen in achterstandssituaties en innoverende initiatieven en u weet dat het bij vrijwilligers vaak een zaak van lange adem is en initiatieven, maar niet alleen initiatieven maar zaken die allang draaien en waar knelpunten ontstaan, daar is het fonds voor bedoeld. Ik zie dat toch wat anders, maar ik beloof u dat dat een punt van overweging is en van evaluatie als we op den duur zeggen: laten we nog eens naar de gedachte van mevrouw Heessels luisteren, kunnen we het "zusammen klappen". Die toezegging doe ik u. Akkoord. 304. HERBENOEMEN BESTUURSLID BREDA'S MUSEUM. III 305. VASTSTELLING VAN DE BEGROTINGSWIJZIGINGEN. Akkoord. IV. RONDVRAAG De VOORZITTER Wie maakt er gebruik van de rondvraag? Niemand? Dan zal ik het maar doen. Wij zijn, dames en heren, toe aan een bijzonder moment omdat de heer Martens ons enige tijd geleden heeft laten weten dat hij van plan was afscheid te nemen van de gemeenteraad van Breda en daarmee komt een eind aan een hele lange bestuurlijke carrière binnen de gemeenteraad, maar uiteraard kennen we de heer Martens buiten de gemeenteraad ook in een aantal activiteiten die samenhangen met

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 527