24 MAART 1993
109
D. RONDVRAAG:
AANWEZIG: DE HEREN E.H.T.M. NIJPELS, VOORZITTER; DE DAMES J.M.A. VAN
BERGEN-NUEHOLT, L. VAN BEUSEKOM-NIX, DE HEER C.P.M. BLOMMERS,
MEVROUW M.J. BOIDIN-VAN HOEVE, DE HEREN J.L. BOKKELKAMP, E. DEBRUIJN,
WETHOUDER; MEVROUW H.W.D. DAMMER-NOORMAN, DE HEREN H.C. VAN
DONGEN, W.P. VAN DONGEN, WETHOUDER; C.O.W. DUBBELMAN, W.M.M. VAN
FESSEM, WETHOUDER; N. GARRITSEN, J.P.M. GOOS, J.H.A. VAN GURP, W.
HAARTMAN, DE DAMES M.P. HEERKENS, M.M.C. W. HEESSELS, DE HEREN J. VAN
HEUSDEN, A.W. KOEKKOEK, WETHOUDER; E.J.M. DE LEEUW, F.L. MAAS, H.A.
MARTENS, J.P.E.M. MEEUWISSEN, MEVROUW C.C. NOOTEBOOM, DE HEREN N.G.M.
VAN OS, M. PEETERS, MEVROUW J.C. VAN DER POEL, DE HEREN H.J.F. VAN RAAK,
WETHOUDER; F.L.M. RöMKENS, W.J.G. SCHRODER, P.J. VAN DE STEENOVEN,
J.P.W.A.A.M. TAKS, WETHOUDER; MEVROUW J. WOUTERS-KOOTSTRA, DE HEER
B. OUWERKERK, SECRETARIS.
AFWEZIG: DE HEER A.C.A.M. AD ANK, MEVROUW J.M.J. BROSKY-WESTDORP, DE
HEER N.M.E.C. DERDCKERE, MEVROUW A.W. NEEB-WIEGERSMADE HEREN R.G.P.
SANDBERG, H.L. SINKE.
De VOORZITTER opent de vergadering om 19.30 uur met het gebed.
ALGEMENE BESCHOUWINGEN
De VOORZITTER
Ik heet u allen van harte welkom. Aan de orde is vanavond in ieder geval de eerste termijn van
de zijde van de raad en de eerste termijn van de zijde van het college van de Kadernota 1994.
We hebben met elkaar afgesproken dat alle fracties een spreektijd hebben van 20 minuten, daarna
pauzeren we een half uur en daarna zal het college antwoorden. Voor het college is de termijn
maximaal 80 minuten maar wij schatten in dat het wellicht wel sneller zou kunnen.
De heer DUBBELMAN
Graag wil ik namens het CDA de algemene beschouwing bij de Kadernota houden. Het motto
is: tevreden maar nog niet voldaan. Vier onderdelen zou ik graag in deze Kadernota willen
behandelen. Na een inleiding zou ik een financiële beschouwing willen houden namens onze
fractie, gevolgd door enige centrale thema's, daaraan voorafgaande nog een terugblik op de
Kadernota 1993 en de behandeling van de begroting 1993 waarna ik wil afsluiten met een motie
die ik namens een aantal fracties zou willen indienen. Wat de inleiding betreft wil ik om te
beginnen constateren dat de Kadernota 1994 past in een drieluik van jaarrekening, begroting en
Kadernota, waarin verantwoording wordt afgelegd van het gevoerde beleid en de afwijkingen
worden verantwoord. De Kadernota zelf achten wij het belangrijkste beleidsstuk. Deze is
richtinggevend voor de samenstelling van de begroting voor 1994 over enige maanden. Het is
overigens ook de laatste Kadernota die wij als raad behandelen, weliswaar niet echt de laatste
maar wel beleidsinhoudelijk de laatste Kadernota, omdat er over een jaar raadsverkiezingen
plaatsvinden. Ik kom dan op het thema: kerntaken en toekomstige bezuinigingen. In de
Kadernota 1994 zijn de bezuinigingen voor dat jaar concreet ingevuld. Ze zijn vooral gevonden
in de post reorganisatie en efficiency. Vanaf 1995 tot 1997 zullen de bezuinigingen nog moeten
worden aangegeven. Een belangrijke keuze hierbij zal zijn welke taken en in welke mate die taken
door de overheid moeten worden uitgevoerd. Voor de CDA-fractie geldt hierbij mede als keuze
oordeel, de invulling van de eigen verantwoordelijkheid door de Bredase burgers en de