25 MAART 1993
165
om de stijging van de O.Z.B., vroeger O.G.B. genoemd, inderdaad minder dan trendmatig te
laten zijn. Daarna kwam de jonge benjamin in het college aan het woord. De duidelijkheid die
hij als fractievoorzitter had in zijn functie hiervóór klinkt toch ook door in de beantwoording
van wethouder Taks. Aan de andere kant, als het gaat om een heel concreet punt dat via een
brief, ondertekend door de CDA-leden die in de economische commissie zitting hebben en dat
nadrukkelijk ook door de fractievoorzitter van de PvdA naar voren is gebracht, met betrekking
tot onze zorg over de Begemann-problematiek, zou ik toch wel via u, mijnheer de voorzitter,
onze wethouder Taks willen uitnodigen om hierin voor een actievere benadering te kiezen. Er
klonk toch een beetje een op zich zeer respectabel en liberaal standpunt door: laat de markt zijn
werking doen en laat ons als overheid buiten schot blijven. Zo heeft hij het niet bedoeld maar
dat was toch wel een beetje het gevoel. Ik moet u zeggen dat wij ons als CD A-fractie ook
volksvertegenwoordiger voelen en wat dat betreft willen wij een hele actieve benadering, een
soort inspanningsverplichting, al was het alleen maar in de sfeer van het leggen van contacten.
Het gaat er zeker niet om om met een geldbuidel over de brug te komen. Wat dat betreft kunnen
wij ons voorstellen dat je dat zeker in de huidige situatie niet moet doen, maar het gaat om een
duidelijk actievere benadering om te bevorderen dat men zich met name van gemeentewege
nadrukkelijker inspant, ook naar buiten toe, om toch nog een maximum aan werkgelegenheid
te behouden. Ik heb mijn stopwatch ingedrukt en ik heb inderdaad precies de helft van mijn termijn
gebruikt. Ik zou het dan ook graag hierbij willen laten.
Mevrouw HEERKENS
Ik wil beginnen met een enkele opmerking over de strategische beleidsnota. In de kadernota is
een aantal zinsnedes te vinden zoals een interne discussie die nodig is voor een stevig verankerd
ambtelijk en bestuurlijk draagvlak. Het gaat ons met name ook over dat bestuurlijk draagvlak
en daarnaast staat er ook ergenseen beleidskader waarbinnen bepaalde prioriteiten moeten worden
gesteld. Het gaat mij om de term "waarbinnen". Die houdt toch een afperking in en op zich zou
deze een eigen leven kunnen gaan leiden. Wij vinden het heel belangrijk om toch op enige manier
de raad daarbij te betrekken zonder de discussie met de stad en de burgers te frustreren. Ik ga
nu over naar het beleidsterrein financiën. Ik wil toch nog eens benadrukken dat de grote
bezuinigingstaakstelling niet alleen wordt gesteld vanwege een verslechterd financieel perspectief.
Wij hebben zelf gezegd dat het aanzienlijk minder negatief is dan eerst verwacht maar dat er
met name ook, de wethouder heeft dat ook aangegeven, ombuigingen inzitten, dus het verruilen
van oud beleid voor nieuw beleid. Als ik dan de verbinding maak met de opmerkingen van de
heer Van Fessem over cultuur, dan is het zo dat de PvdA-fractie zegt: er is niet alleen op dit
terrein een inhaalslag nodig. We hebben zelf het milieu aangegeven, maar kijk nu eens en dat
is door meerdere partijen gedaan, wat voor opmerkingen er zijn gemaakt over de dienst S.A.W.,
de nieuwe dienst die in de wandelgangen "samen aan het werk" wordt genoemd. Die dienst moet
op termijn ook 4,6 miljoen aan bezuinigingen ophoesten. Een aantal partijen heeft genoemd
de risico's bij sociale zaken, we moeten wellicht 20% van de bijstandskosten gaan betalen. De
VVD-fractie en wij zelf hebben een aantal zaken genoemd ten aanzien van het werkgelegen
heidsbeleid, we hebben knelpunten aangedragen wat betreft de M.D.S.O.- sector, het jeugd- en
jongerenbeleid en het sociaal-cultureel werk. De sportsector is onder de loep genomen, de risico's
die daar in zitten ten aanzien van het zwembadenbeleid. Ik moet zeggen: dat zijn nogal wat heilige
huisjes en daar komt het dan ook, er is geen echte helderheid over de richting van die
bezuinigingen, de sturing, en ik denk dat juist die politieke discussie heel erg belangrijk is. Hoe
denkt het college daarover? Wat betreft de sector ruimtelijke ordening wil ik allereerst een
opmerking maken over onze zinsnede die ging over inspraak en communicatie met de burgers.
Het college heeft gezegd dat men daarnaar toch alerter gaat kijken en als ik dan toch even kijk
naar de rapportage zoals die in De Stem is verschenen over de inspraak, met name ten aanzien
van het klooster aan de Generaal Maczekstraat, dan zou ik gewoon kort willen vragen aan het