25 MAART 1993
191
bedrijfsschool buiten de surséance te houden. Dat is een belangrijk feit want daar wordt een vorm
van metaalbewerking onderwezen, die vrij uniek is en die het zeker verdient behouden te blijven.
Het is niet zo dat de wethouder en het college niet actief genoeg zijn maar we hebben op 9 maart
in het college wel vastgesteld dat er aan de hand van de informatie van de kant van de heer Van
den Nieuwenhuyzen op dat moment geen aanleiding was om verdere stappen te zetten en in ieder
geval niet om de bereidheid te tonen financiële steun te verlenen. Wat we wel hebben gedaan
is vandaag, zoals ik gisteren ook heb toegezegd, contact zoeken met de Begemanngroep. Het
is vandaag niet gelukt om de heer Van den Nieuwenhuyzen te spreken te krijgen, ook de heer
Van Dijk, de secretaris van de raad van bestuur, was niet aanwezig. Wat wel gelukt is, is contact
te leggen met de directie van Backer en Rueb, met de heer Morssink. Hij heeft gezegd dat op
dit moment de zaak in de besluitvormende fase verkeert. Hij verwachtte vandaag, het was zo
rond het middaguur dat hij dat zei, dat er uitsluitsel zou komen van de externe financier in verband
met management buyout-constructie die men op het oog heeft. Als die zekerheid er kwam
betekende dat dat het bedrijf Backer en Rueb in een afgeslankte vorm zou kunnen blijven voortbe
staan. Het betekent het behoud van de werkgelegenheid voor 80 a 90 mensen. Dat zou heel positief
zijn, ware het niet dat toch meteen de helft van het personeel op straat komt te staan. Het is een
heel trieste situatie. Wij denken dat het maximaal haalbare in de huidige situatie is het behoud
van de werkgelegenheid voor een deel van het personeel. Dat het zover is, is nog niet zeker op
dit moment, er is nog een kwade kans dat de externe financier niet over de brug komt of hoge
voorwaarden stelt die niet kunnen worden ingevuld. In dat geval zou de bewindvoerder het
faillissement aanvragen. Alleen zover is het nog niet. De heer Morssink meent zelf dat de kans
heel groot is dat het bedrijf althans voor de helft in de nieuwe constructie zou kunnen worden
voortgezet. Dat is de informatie van vandaag. Andere belangrijke informatie betreft de bedrijfs
school. Die school wenst op korte termijn voort te gaan als een zelfstandige B.V. Men is op zoek
naar de nodige participaties om het voortbestaan veilig te stellen. Er is een afspraak gemaakt
voor 5 april aanstaande met de heer Van den Berg van de bedrijfsschool en de dienst Economische
Zaken, om te bekijken wat de plannen van de heer Van den Berg en de zijnen concreet inhouden
en welke rol de gemeente daarbij kan spelen. Dat is de huidige stand van zaken.
De VOORZITTER
Dan zijn we hiermee gekomen aan het eind van de tweede termijn, de beantwoording van de
zijde van het college. Dan sluit ik hiermee de beraadslagingen over de kadernota af.
C. BESLUITVORMING MOTIES/AMENDEMENTEN
De VOORZITTER
We zijn nu toe aan de besluitvorming allereerst over de moties. Er resteren een tweetal moties
van de fractie van Groen Links.
MOTIE nummer 2 inzake nieuw zwembad in het Van Sonsbeeckpark, ingediend door Groen
Links.
De VOORZITTER
Mag ik vragen of iemand nog behoefte heeft aan aparte beraadslaging over deze motie? Een derde
termijn?
De motie wordt hierna verworpen met de aantekening dat de fractie van Groen Links geacht wil
worden te hebben voorgestemd.
MOTIE nummer 3 inzake Golfbaan 't Hout, ingediend door Groen Links.