29 MAART 1993 205 wordt gehaald, maar dat spreekt voor zich. Dit voorstel zal dan door de VVD op zijn merites worden beoordeeld. De ingezette koers is een goede. Toch lopen we het risico dat het op koers liggende schip wat te zwaar beladen is, met als gevolg dat het ergens onderweg zinkt. Met die te zware lading doel ik niet op het programma van wensen voor het nieuwe allround-bad dat er, op het eerste gezicht, goed uitziet: sober en doelmatig. Bij de vaststelling van het programma van eisen over twee maanden en ik hoor ook graag van de wethouder dat die datum hard is, kunnen we hierover meer in detail spreken en dan kunnen we ook bezien waar er eventueel nog wèl veranderingen, gericht op een beperking van het exploitatietekort, te realiseren zijn. Evenmin doel ik op de aanpassing van Wolfslaar. Waar ik wel op doel is de grootscheepse innovatie van de Wisselslag. Het college heeft kennelijk ook gezien en de VVD onderschrijft de gereviseerde passage in het preadvies met betrekking tot de eventuele fasering van dit plan en ook het collegestandpunt, dat de invulling van de innovatie van de Wisselslag niet exact zo hoeft te zijn als omschreven in het rapport "Zwemmen in Breda". We zullen ons eerst moeten concentreren op de kern van het raadsvoorstel, te weten: de broodnodige realisatie van een nieuw bad. En daarna kunnen we bekijken wat er nog wenselijk en haalbaar is met het andere overdekte bad. In dit kader zou ik de wethouder tevens om een aangepast tijdschema willen vragen. Dat de nieuwe configuratie een beter gestructureerde beheersvorm nodig heeft, moge duidelijk zijn, gelet op de ervaringen uit het verleden en uit het heden. Ik verwijs daarvoor naar het volgend raadsvoor stel, dat ik hierbij meteen meeneem. Dat raadsvoorstel is natuurlijk niet goed. Het voorstel wel, maar het is duidelijk dat daar dingen verkeerd zijn gelopen in het verleden en dat daar wat veran derd moet worden. Voorstellen van het college, gericht op een doelmatige beheersvorm, waarbij slagvaardig opereren binnen de gestelde financiële en beleidskaders mogelijk is, worden met belangstelling afgewacht. Wanneer kunnen wij voorstellen op dit gebied van u verwachten? Het zwembadenbeleid kent een veelbewogen geschiedenis. Thans wordt er een goede aanzet gegeven om daarmee af te rekenen. De VVD gaat er vanuit dat de realisering van de nieuwe configuratie met voortvarendheid wordt aangepakt en dat gestelde tijdschema's nauwlettend zullen worden gevolgd. In de richting van mevrouw Heessels, zij sprak over het SPAR-advies. Ik neem aan dat u het eerste SPAR-advies, waarin men stelde dat men in grote lijnen akkoord was met dit preadvies, in ieder geval hebt gelezen en dat u ook mans genoeg bent om uw eigen afweging te maken. Ten tweede meen ik dat u ook op de hoogte bent van het feit dat de SPAR van plan is om constructief mee te denken in dezen en dus reeds een stap verder heeft gezet, zij wil over het programma van eisen gaan meedenken. De heer VAN OS Over de noodzaak van een nieuw zwembad en het kijken naar de totale zwembadconfiguratie hebben we ons meerdere malen uitgesproken. Willen wij in Breda over goede en aantrekkelijke zwemaccommodaties beschikken, dan zullen we er dus ook geld voor over moeten hebben. Niet teveel, maar ook niet te weinig. Het onderricht, de recreatie, maar ook de verenigingen moeten voldoende mogelijkheden hebben. In dit raadsvoorstel wordt die consequentie ons voorgelegd. We hebben er in de commissies al vele uren over gesproken, dus wil ik het hier zeer kort houden. In de commissie is wel heel nadrukkelijk stilgestaan bij het feit dat het sobere zo sober mogelijk zou moeten zijn. Het antwoord van de wethouder was op dat moment: ik kan u nu nog niet meer presenteren, het totaal is gebaseerd op kerngetallen en op inhouden, kubieke meters zwemwater. Mijn vraag op dit moment is: hoe ziet de wethouder dat proces nu verder gaan? Want hij spreekt ook steeds de intentie uit dat het zo sober mogelijk zou moeten als het kan. Mijn vraag is: hoe denkt hij dat in dit proces te bewaken en hoe denkt hij daarbij de commissie dan wel de raad te betrekken? In hetzelfde verband, als het gaat om soberheid, zijn wij van mening dat de aanpas sing van de Wisselslag pas dan vorm zou moeten krijgen als duidelijk is hoe het nieuwe bad er echt uitziet en dan moet de Wisselslag worden aangepast aan de dan geldende situatie en worden afgestemd op de vraag die er op dat moment zou kunnen zijn. Als het gaat om soberheid dan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 205