29 MAART 1993 213 gelezen. Ik denk dat die drie regeltjes voor iedereen wel te lezen waren. Als je constructief meedenkt, zoals de SPAR dat zegt te doen, dan betekent dat mijns inziens ook dat men op tijd adviezen geeft. De heer MEEUWISSEN We hebben een lange moeilijke weg te gaan mocht dit raadsvoorstel worden aangenomen en dat vraagt om voortvarendheid en dat vraagt ook om duidelijkheid op korte termijn met betrekking tot de mogelijke locatie. Die duidelijkheid over de locatie en de termijnen waarover wordt gesproken, brengen mij op de tijdsplanning. Ik begrijp van u dat we op korte termijn een gereviseerde tijdsplanning kunnen verwachten. En om bij de tijdsplanning te blijven, u heeft in uw beantwoording op een door velen in de eerste termijn gestelde vraag over het programma van eisen gesteld dat dat nog dit jaar zal komen. In de commissie had ik begrepen dat u had gezegd dat het binnen twee maanden op tafel zal liggen en ik denk dat dat ook heel belangrijk is in de tijdsplanning. Wellicht kunt u mij nog eens toezeggen dat dat inderdaad binnen twee maanden het geval zal zijn. De heer VAN OS Ik kan het ook heel kort houden. Wat betreft de advisering van de SPAR heb ik begrepen in de uitnodiging voor morgen, dat zij uitgaat van dit raadsvoorstel, want dat nummer wordt genoemd in de brief, dus ik neem aan dat ze dat als basis gebruikt, om ons wat verder te helpen met mogelijke keuzes. Ik begrijp het antwoord van de heer Derijckere oprecht niet. Hij heeft het in de commissie meegenomen en een groot deel van de CDA-fractie heeft ook in vorige raads vergaderingen tegen wettelijke maatregelen rond de zwembaden gestemd. Ik begrijp eigenlijk niet wat dat deel van de fractie, dat nu nog niet voor dit soort principebesluiten kan stemmen, wel wil met zwemmen. Ik heb daar zo mijn twijfels over. Kunt u mij in het kader van de planning ook zeggen wanneer u daadwerkelijk terugkomt op die beheersvorm, want ik denk dat we daar ook spijkers met koppen moeten slaan, gelet op het raadsvoorstel dat hierna volgt. De heer GARRITSEN De wethouder heeft ons niet uit het hoofd kunnen praten dat de twee mogelijkheden die wij naar voren brachten slechter zijn dan dit voorstel, zeker gelet op de financiële zaken die met dit raadsvoorstel zijn gemoeid. Dus houden we onze twee opties overeind. Over de grondprijzen voor de locatie vragen wij nog enige duidelijkheid. We hebben exact dezelfde discussie gehad over de schouwburg. We gaan er een grondprijs onderleggen via de berekeningsmethodiek bijzondere doeleinden van 150,-- per m2. Als je dan meer hebt, dan kun je zeggen: je dekt het af uit de totale exploitatie van het Chasséterrein. Het is absoluut onduidelijk hoe dat eruit gaat zien. Of je zult een verlies moeten nemen bij het Grondbedrijf. Ik vind dat die zaak duidelijk moet zijn en datje daar inzicht in moet hebben, omdat je die gelden gewoon op tafel moet leggen. Je kunt het maar één keer uitgeven. Dus, hoe je het ook financiert, in feite maakt het niet zoveel uit, de ene locatie zal veel duurder zijn dan de andere en vandaar dat het van belang is om daar toch wat meer inzicht in te hebben. Wij hadden het over een soberder bad, dan gaat het ons helemaal niet om Zundert of zo, maar ik heb begrepen dat de burgemeester van Breda daar ook wel eens zwemt, dus zo slecht zal het nog wel niet zijn. De VOORZITTER Ik weet zeker dat het een voortreffelijk bad is. De heer GARRITSEN Dat denk ik.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 213