29 APRIL 1993 263 en daarmee zullen we bij vervolgstappen waar mogelijk rekening houden. De mening wordt niet weggecijferd maar bij een definitieve uitwerking zal men wel of niet zien wat daar kan. Er ligt een ruimtelijk plan, dat staat in een ontwikkelingsschets en op basis daarvan gaan we verder. En waar een andere initiatiefnemer er op dit moment ook bij betrokken is zullen we mogelijk daar tot een nadere afweging met elkaar komen, maar u wordt daarover zo snel mogelijk geïnformeerd. Dat in eerste termijn. PAUZE De VOORZITTER heropent de vergadering. De VOORZITTER We waren naar mijn stellige indruk bezig met punt 99B van de agenda en de wethouder had zojuist gesproken. We gaan over naar de tweede termijn. De heer DUBBELMAN Ik heb toch behoefte om naar voren te brengen dat de gehele voorbereiding van dit besluit van de fracties toch wel het nodige acceleratievermogen vraagt om het allemaal te kunnen blijven volgen. Je moet echt kunnen versnellen in dit metier. We moeten overigens wel erkennen dat het bij de hele besluitvorming natuurlijk ook een gegeven is dat externe instanties hierbij een belangrijke rol spelen en ontwikkelingen die wij niet helemaal in de hand hebben en dat kan op zich natuurlijk aanleiding zijn voor een wat meer flexibele in plaats van een rigide besluitvorming, maar ik erken in alle openheid dat ook onze fractie zich sterk onder druk gezet voelt en de gevoelens geuit met name door VVD en D66 bestaan ook in onze fractie. Wij hebben overigens wel aanleiding gevonden om terwille van een zorgvuldige voorbereiding in onze fractie toch de vergadering van de commissie Financiën nog eens te evalueren tussen dinsdagavond en donderdagavond om half acht. Ik vind dat je als fractie soms die flexibiliteit moet kunnen opbrengen om dan maar eens extra als fractie bij elkaar te komen, tenslotte krijgen we dan ook onze presentiegelden daarvoor. Wat is nu onze conclusie voor de tweede termijn? Dat is, met name zoals door wethouder Van Dongen naar voren is gebracht, dat de belangen van openbare orde en veiligheid hier nadrukkelijk ook in het geding zijn bij een zo tijdig mogelijke sloop. Ik vind dat dat nadrukkelijk naar voren moet worden gebracht en ook een ander aspect met betrekking tot inspraak: het is zo dat wij voor de interventie van wethouder De Bruijn grote waardering hebben. Overigens hoop ik niet dat eenzijdige opmerkingen van een collega-fractievoorzitter niet steeds leiden tot interventies want dan duren de raadsvergaderingen nog langer dan ze nu al duren. Kortom, de positieve houding die wij hadden in de eerste termijn is door de beantwoording alleen maar versterkt en ik zou daarbij wel willen aantekenen dat ik in alle bescheidenheid natuurlijk toch wel een oproep wil doen met name aan onze coalitiepartijen en hen toch ook even in die zin wil vragen even stil te staan bij een mogelijke afstemming van dit besluit, dit zou hele nare gevolgen kunnen heb ben. Dus met alle begrip voor de gevoelens die we hebben over de wat bruuske besluitvor ming die van ons wordt verlangd is het toch zo dat de CDA-fractie kan instemmen met dit besluit, al was het alleen maar omdat een anders luidend besluit grote problemen geeft. De heer VAN DE STEENOVEN De motivatie van het CDA begint nu toch heel sterk negatief geformuleerd te worden: we stemmen ermee in omdat, als we het niet doen, het nog erger is. Ik vrees dat we dat zo meteen met een voorstel nog wel een keertje zullen krijgen. Ik vind het zelf toch op zich een kwalijke zaak om te signaleren dat we als raad op die manier toch geweldig voor het blok komen te staan. Ik wil dan om te beginnen toch even signaleren, dat het geen goede zaak is

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 263