27 MEI 1993 294 123KREDIET AD 2.270.000,-- IN VERBAND MET DE INVULLING VAN HET TWEEDE GEDEELTE VAN DE JAARSCHIJF 1993 VAN HET RIOOLBEHEERPLAN. 124. HET VOTEREN VAN EEN KREDIET GROOT 1.000.000,- IN VERBAND MET DE INVULLING VAN DE JAARSCHIJF 1993 VAN HET VERLICHTINGSSTRUCTUURPLAN. Akkoord. 125. BESCHIKBAAR STELLEN VAN DE BENODIGDE KREDIETEN C.Q. BUDGETTEN TEN BEHOEVE VAN DE UITBREIDING VERGUNNINGGEBIED BINNENSTAD IN COMBINATIE MET DE INVOERING VAN BETAALD PARKEREN. De heer AD ANK We hebben in de commissie geconstateerd dat we later dit jaar en begin 1994 uitgebreider op de Parkeernota terugkomen en dan kunnen we integraal over die zaken praten die marginaal aan de orde zijn geweest in de commissie, maar die daar eigenlijk niet thuis hoorden, omdat ze naar de mening van de CDA-fractie thuishoren in de discussie over de Parkeernota en het integrale beleid. De volgende puntjes licht ik er nog even uit. Dat is in de eerste plaats de formatieplaats die erbij komt. Onze fractie vindt dat, als we regels hebben ten aanzien van de handhaving, we ons daaraan ook stringent moeten houden en zeker voor die plekken in de binnenstad waar extra overlast ontstaat. Ik denk daarbij voor wat betreft het weekend, dan praat ik over de vrijdag en de zaterdag en de zondag, aan de Adriaan van Bergenstraat en aan nog enkele andere plekken. Voorts, als je zegt dat je in een meer-ploegendienst gaat werken, zul je moeten zorgen voor een stringente handhaving. U heeft ook toegezegd dat de commissie daarover zal worden geïnformeerd en wij wachten met belangstelling die informatie af. Dus twee zaken: een stringente handhaving en een nauwgezet kijken naar die plekken waar de extra druk ontstaat, met name in het weekend. De heer PEETERS Het voorstel is eigenlijk een logisch vervolg van eerdere besluitvorming en mede daarom zullen wij zeker instemmen met dit voorstel. Toch een enkele opmerking. Bij herhaling is gebleken dat bij betrokken bewoners onduidelijkheid blijft bestaan ten aanzien van het hoe, wat en waarom van het parkeervergunningenstelsel c.q. de uitbreiding daarvan. Dat is veelal aanleiding tot ongenoegen en protest. Een en ander is ook in de commissievergadering ter sprake geweest en ik meen ervan uit te mogen gaan dat dit voldoende motief is om in de toekomst extra aandacht te schenken aan het betrekken van de bewoners bij de invoering en de verdere toepassing van het vergunningenstelsel. Mevrouw VAN BERGEN-NIJEHOLT Het is net ook al gezegd, de uitbreiding van het vergunningengebied in de binnenstad in combinatie met de invoering van het betaald parkeren is in wezen al besloten door de raad bij de vaststelling van het Structuurplan voor de Binnenstad. Toen hebben wij besloten dat op termijn voor het hele gebied binnen de singels betaald parkeren wordt ingevoerd. We effectueren nu een klein deel daarvan, het gebied rond de Adriaan van Bergenstraat, Middellaan en de Sophiastraat. Ik ben het eens met de opmerking die ook eerder vanavond is gehoord, dat met het handhaven dit systeem van parkeren staat of valt. Overigens ben ik van mening dat dit een heel positief systeem is, want hiermee zorg je ervoor dat de bewoners van de binnenstad ook kunnen blijven parkeren. De heer SCHRöDER Ten aanzien van dit voorstel het volgende. Het preadvies geeft ten aanzien van de inspraak aan dat er op 5 april overleg heeft plaatsgevonden met de bewonersverenigingen van de binnenstad.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 294