1 JULI 1993 326 Akkoord. 147. PROGRAMMA VAN EISEN VOOR DE ONTWIKKELING VAN EEN NIEUW OVERDEKT ZWEMBAD. De heer GOOS Deze hoge temperatuur vandaag en het artikel in de pers inzake zwembadenplannen, waarbij het kan vriezen en kan dooien, is toch wel een erg contrast. Toch wil het CDA dit voorstel, inzake programma van eisen voor de ontwikkeling van een overdekt zwembad positief benaderen. Een multifunctioneel bad met uiteraard een stevig prijskaartje waarbij op eerder verzoek vanuit de commissie c.q. de raad is gestreefd naar versobering. De planontwikkelingen en invullingen zijn gericht op het terrein van de Chassékazerne, althans op dit moment. Als daar andere ideeën over zijn, vernemen wij die graag. De grondverwerving bijvoorbeeld zou dan wellicht in een ander daglicht komen te staan. Op het onderdeel inspraak is bij de voorbereiding van dit stuk nogal wat discussie ontstaan. Meerderen blijken verstand te hebben van zwemmen en zwembaden. Was het echt het niet willen luisteren daarnaar, of is het toch het voorstel dat nu wordt gepresenteerd, dat de toets der kritiek kan doorstaan. Ik denk van welNadat er afspraken zijn gemaakt en kijkend naar ruimte en eisen die moeten worden ingevuld zeggen wij als CDA: akkoord. Wel nemen wij aan dat wij binnen niet al te lange tijd te weten komen hoe de beheersstructuur wordt ingevuld, zodanig dat, volgens ook eerdere afspraken, de B.T.W. kan worden teruggevorderd. Kuntu dit toezeggen en kunt u ook aangeven wanneer u met het definitieve voorstel naar de raad komt. De heer MEEUWISSEN De lijn, die een aantal maanden geleden in de raad is uitgezet met betrekking tot de zwembaden, wordt met dit programma van eisen gevolgd. Voor ons ligt een programma van eisen dat in ieder geval vooralsnog binnen de gestelde financiële kaders blijft. In de commissie hebben we al vrij uitgebreid over dit programma van eisen gesproken. Toch wilde ik op een aantal punten nog even terugkomen hier in de raad en dat betreft in eerste instantie het feit dat het programma van eisen algemeen van opzet is. Dat wil zeggen: niet op een bepaalde locatie toegesneden, aldus de wethouder. En de VVD hoopt dat dit ook werkelijk zo is. De locatiekeuze is namelijk immers nog steeds niet gemaakt. We spreken over het Chasséterrein, maar de wethouder en een heleboel andere mensen zullen kunnen beamen dat er meerdere mogelijkheden in het verschiet liggen en wij willen eigenlijk weten wanneer er nu duidelijkheid komt, zodat we ook duidelijk weten of het programma van eisen op de locatie waarop het bad uiteindelijk wordt gerealiseerd, kan worden uitgevoerd. Het is een goede zaak dat het raadsvoorstel op een aantal punten is aangepast, met name met betrekking tot de kantoorruimte en chloorinstallatiesOp het gebied van de parkeerplaat sen daarentegen is dat niet gebeurd. Nou had ik dat, na de commissievergadering, ook niet direct verwacht, maar ik wilde toch nog wel even stellen dat het aantal van 90 parkeerplaatsen voor een totaal van maar liefst 440.000 bezoekers per jaar en dat zijn als je 360 dagen per jaar open bent, misschien is het wel minder, toch 1.200 mensen per dag, waaronder ook nog een groot aantal bussen. Dit betekent, voor welke omgeving dan ook, een bijzonder grote last en het zou wellicht weggenomen kunnen worden indien er wat meer parkeerruimte gerealiseerd zou worden bij het zwembad, want bezoekersaantallen en het aantal parkeerplaatsen zouden weieens tégen elkaar kunnen gaan werken. In de commissie hebben we vrij uitgebreid van gedachten gewisseld over duikplanken, verrijdbare tribunes en wat dies meer zij. De uitleg van de wethouder met betrekking tothet nietplaatsen van twee springplanken, heeft mij niethelemaal kunnen overtuigen. Ik wil aan de wethouder vragen waarom voor dit zwembad, waar toch voor een aantal gebruikers groepen voorzieningen moeten worden gerealiseerd zoals voor wedstrijdzwemmers en voor recreatiezwemmers, die twee duikplanken niet in het programma van eisen zijn opgenomen. Het uitgangspunt bij dit programma van eisen, ik heb dat net al gezegd, is het realiseren van een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 326