1 JULI 1993 329 De heer GARRITSEN Voor ons zijn drie punten vanavond toch wel van belang. Dat is het punt van de inspraak. We stellen vanavond, nadat we eerst het programma van wensen hebben vastgesteld het programma van eisen vast. De enige vorm van inspraak op dit moment is in feite de functionele adviesraad de SPAR geweest. Daarbij is het een en ander misgelopen en dat wil ik op zich niet alleen het college verwijten, daar zijn ook andere oorzaken voor aan te wijzen. Maar wij vinden dat het punt van inspraak meer moet zijn bij zo'n belangrijk plan dan dat alleen de SPAR en de Stichting Bredase Zwembaden daar bij worden betrokken. Ik begrijp niet goed dat de wethouder van D66, inspraak in zijn portefeuille hebbend, niet vroegtijdig met zo'n belangrijk plan naar de bevolking gaat en zegt wat we van plan zijn. Nu zeggen we in feite al dat het program van eisen helemaal vastligt, het financiële plaatje ligt helemaal vast en straks komt de locatie. Die hadden wij eigenlijk vanavond al kunnen hebben, als we de eerdere planning hadden gerealiseerd. In feite betekent dat dat de bevolking er straks eigenlijk niet meer aan te pas komt. We vinden dat een uitermate slechte zaak, want we hebben toch iedere keer de ambitie dat we met de stad moeten praten, dat we met de staf moeten communiceren. En op het moment dat die signalen vanuit de bevolking komen om eens te gaan praten, dan laat het college het, met dit soort belangrijke zaken, afweten. We vinden dat heel jammer. Bij het programma van eisen is met name het volgende punt voor ons van belang. De PvdA zegt nu ook, maar in eerdere instantie hebben ze dat toch wel heel erg zachtjes gedaan, dat de locatie 't Ei een goede locatie zal kunnen zijn. En als je voor die locatie zou kiezen dan zou er ook een mogelijkheid in zitten om een beperkt buitenbad te realiseren. In het advies van de SPAR wordt daar ook melding van gemaakt en uit gesprekken die we met mensen over deze zaak hebben gehad blijkt dat de wens om er toch een beperkt buitenbad bij te hebben heel duidelijk aanwezig is. Ik begrijp niet goed waarom het college zo'n wens eigenlijk naast zich neerlegt. Over de locatie nog een paar opmerkingen. Er wordt nu voorgesteld, in het kader van de ruimtelijke ordening, om er ook de mensen bij te betrekken. Ik denk dat het van belang is om het plaatje in zijn totaliteit te bezien. Op het gebied van de ruimtelijke ordening hebben we al een Structuurplan van de Binnenstad en het bad zou toch in de binnenstad moeten komen. Vanuit het college is steeds gezegd: het Chasséterrein is dè locatie om aldaar een toeristische recreatieve functie in te vullen. Wij hebben al gezegd dat dat vermoedelijk financieel een onhaalbare zaak zal zijn, als je de grondkosten niet eens meerekent in het bedrag. En nu lijkt het ook wel de kant op te gaan dat het op die plek wordt afgeblazen. Over het van Sonsbeeckpark hebben wij een disscussieavond gehad. Een zwembad op die locatie was nog zeer onduidelijk bij die presentatie. Ik denk dat er wat dat betreft een stuk duidelijkheid zal moeten komen en wij zouden graag zien dat zowel een programma van eisen als een locatie vroegtijdig de inspraak ingaan en dat de mensen er met hun ideeën op in kunnen gaan. Het punt is dat door de sluiting van 't Ei met name heel wat recreatiezwemmers zijn aangewezen op het toekomstige bad en die worden nu absoluut niet bereikt. Ons laatste punt betreft de financiën. We vinden het een vrij kostbare operatie en we hebben steeds gezegd: het zwemmen is zo duur, de gemeente moet er zoveel bijleggen. Wij zouden de laatsten in de raad zijn die zeggen: het is veel geld, om die reden zijn wij tegen. Dat kunnen we absoluut niet meer maken, als we wel met een schouwburg akkoord gaan. Maar we denken wel als we met dit voorstel akkoord gaan dat we dan een verkeerd besluit nemen en dat we straks met een bad zitten dat mogelijk niet datgene is dat de mensen in Breda zich ervan voorstellen en daarom zullen wij tegen dit voorstel stemmen. Wethouder DE BRUIJN We constateren, na een uitgebreide en een redelijk indringende discussie in de commissie over het programma van eisen waarbij we vele onderdelen de revue hebben laten passeren, dat er nog enkele zaken zijn overgebleven waarop we toch nog nader moeten terug komen. Ik wil eerst het programma van eisen aan de orde stellen. Diverse sprekers/spreeksters zijn ingegaan op onderdelen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 329