28 JANUARI 1993 32 De heer PEETERS In de S. V.V.-deelnota valt te lezen en dat wordt in het voorliggend voorstel nog eens benadrukt, dat het parkeerbeleid een belangrijk middel is om de automobiliteit te beperken. De omstandighe den, de ontwikkelingen noodzaken ertoe dat middel ook resoluut als zodanig aan te wenden. Immers, de binnensteden verstoppen en de uitstoot van schadelijke stoffen overschrijdt steeds meer de gestelde normen, inmiddels ook de uitstoot van benzeen, zoals met name valt op te maken uit de terecht waarschuwende notitie en het advies van de Milieudienst. In de huidige situatie is er geen enkele reden om het aantal parkeerplaatsen uit te breiden. De prioriteit dient te liggen op de verbetering van het openbaar vervoer en de fietsvoorzieningen. Vanzelfsprekend vinden ook wij het noodzakelijk een onderzoek te verrichten en een Parkeernota op te stellen om op basis daarvan een te voeren parkeerbeleid voor de toekomst vast te stellen. Richtinggevend voor het opstellen van die nota is onder andere het recentelijk verrichte mobiliteitsonderzoekbinnenstad Dat laatste achten wij met name daarom van belang omdat in dat onderzoek wordt geconcludeerd dat voor grotere steden geldt dat een beduidend aandeel in het openbaar vervoer en fietsverkeer in de verplaatsingen van en naar de binnenstad belangrijker is voor de omzetontwikkeling, dan een groter aanbod aan parkeerplaatsen. En verder, het slechts beperkt doen groeien van een aantal parkeerplaatsen ten behoeve van het winkelbezoek zal het economisch functioneren van de binnenstad zeker niet nadelig hoeven te beïnvloeden. Gezien die conclusies is het meer dan terecht dat het college ervoor heeft gekozen ook de consequenties van het scenario S.V.V. Breda plus, uitbreiding dus met 500 parkeerplaatsen tot het jaar 2007, te laten onderzoeken. Waar juist van de zijde van het college het belang van het economisch functioneren van de binnenstad steeds wordt benadrukt, had ik verwacht dat het college met wat meer nadruk, met wat meer overtuiging besloten zou hebben voor het onderzoeken van juist dat scenario. Maar goed, het gaat hier nog "slechts" om een onderzoek en hopelijk komt die overtuiging straks wat meer naar voren in de fase van de besluitvorming. Mevrouw VAN BERGEN-NIJEHOLT Wij hebben dit voorstel in een raadscommissie behandeld ter bespreking en in de commissie Openbare Werken, Stedelijk Beheer ter advisering en ik hoef me er nu niet inhoudelijk in te verdiepen, omdat het nu alleen gaat over de uitbesteding van de deelnota Parkeerbeleid. Ik ga daar dus verder niet inhoudelijk op in. De VVD-fractie kan zich vinden in een onderzoek voor 500 en 1.500 extra parkeerplaatsen, te realiseren in 2007. De conclusies zullen wij natrekken als dat onderzoek is afgerond. Waar ik mij aan heb gestoord en waar de hele VVD-fractie zich aan heeft gestoord is het feit dat het voorstel dat wij bij de raadsagenda kregen toegestuurd helemaal niet het voorstel was waarover wij in de commissie hadden gesproken. De CDA- woordvoerder spreekt over slordig. Ik wou eigenlijk wat verder gaan. Ik vind dit buitengewoon ernstig. Ik vind dat het college hiermee de fracties op het verkeerde been heeft gezet. Er is maandagavond door diverse fractieleden gesproken over een motie, want toen ging men van hele andere veronderstellingen uit. Ik vind het dus buitengewoon ernstig. In uw briefje dat u de raad toestuurt, schrijft u dat bij agendapunt 15. abusievelijke een niet correcte tekst is meegezonden. Ik vind dat u daar toch te lichtvaardig overheen gaat en ik zou dat toch wat meer gemotiveerd willen hebben, dan alleen een niet correcte tekst. Kennelijk is het genoemde stuk, dat er vóór het raadsvoorstel dat wij in de commissie bespraken al was, een eigen leven gaan leiden en is als openbaar stuk aan de raad toegezonden. Het gevaar zit er dus in dat dat nóg een keer een eigen leven gaat leiden en vervolgens toch een ongewenste kant uitgaat en dat zouden wij zeer betreuren. Ik hoop dat u van uw kant achter de tafel mijn angsten straks ongegrond kunt verklaren. Ik hoop in ieder geval dat er geen kans is op herhaling van dit toch merkwaardig stukje handelen. Ik vraag u dus bij deze om meer uitleg.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 32