1 JULI 1993 335 aan rendabele activiteiten toegerekende huisvestingskosten zijn gebaseerd op de huidige dienstenstructuur. Reorganisatie c.q. nieuwe dienstenstructuur kan hierin mogelijk verandering brengen"Dat is een voor mij niet helemaal duidelijke zin. Ik hoop dat ik hem niet zo moet lezen, dat ook nog in het bedrag verandering kan komen, want dat zou dan niet juist zijn. En ik vraag het met name, omdat het begrip rendabele diensten en onrendabele diensten zou kunnen betekenen dat, als er een rendabele dienst uitgaat en een andere dienst inkomt, het bedrag dat we nodig hebben zal veranderen en waarschijnlijk meer zal worden. Maar dat hoor ik dan van u. De heer VAN DE STEENOVEN De nagekomen informatie, na de commissievergadering, over dit voorstel, met name het cijfermatige gedeelte, was zeer verhelderend en ik moet zeggen, zelfs een beetje onthullend. Want uit de exploitatiecijfers blijkt, dat het verhuurkantoor per werkplek gerekend 50% duurder wordt dan het Stadskantoor en dat terwijl je toch in het Stadskantoor veel meer circulatieruimtes hebt en meer publieke ruimtes, waar geen mensen een vaste werkplek hebben. Onze fractie is zeer teleurgesteld over deze gang van zaken, met name in financieel opzicht en we zitten eigenlijk met twee vragen: waardoor werden die hoge kosten voor dat verhuurkantoor veroorzaakt en is er nog wat aan te doen? Op de eerste vraag, hoe komt het nou dat het verhuurkantoor zo duur is, hebben we zelf geprobeerd een antwoord te geven en we hebben daar een paar gedachten over en die leg ik graag aan het college voor. Misschien dat ze er commentaar op kan geven of wij daarmee goed zitten, misschien zijn er ook andere redenen, dan hoor ik dat graag. Wij hebben zelf de idee dat de besluitvormingsprocedure met betrekking tot de huisvesting van de gemeente-ambtenaren, gemeentelijke diensten achteraf bezien behoorlijk fout is geweest. Wij hebben allerlei zeer ingrijpende besluiten genomen over de gebouwen, voordat we eigenlijk precies wisten welke dienst en welke mensen we waar moesten gaan huisvesten. Dat is denk ik de hoofdoorzaak. Daarnaast vragen we ons af, of er wel goed is onderhandeld: eerst een huurcontract tekenen voor 20 jaar en daarna met de eigenaar gaan praten over wat voor extra voorzieningen er moeten komen en wie dat dan moet gaan betalen. Dat lijkt ons bepaald geen sterke manier van onderhandelen. Wij horen graag of dat inderdaad de redenen zijn geweest waarom die kosten zo hoog uitvallen en misschien dat er ook nog andere redenen zijn. De tweede vraag is: is er nog wat aan te doen? Want tenslotte hebben we nu een voorstel om een fors krediet te voteren en als we dat besluit hebben genomen, dan zal er helemaal wel niet zoveel meer aan te doen zijn. We zitten natuurlijk in een tamelijk moeilijk parket, dat is in de commissie al naar voren gekomen. Het huurcontract ligt voor 20 jaar vast en we zitten ook met het gegeven dat we een aantal diensten en ambtenaren behoorlijk moeten huisvesten en de meeste van de nu gevraagde uitgaven zijn onvermijdelijk geworden door onze eerdere besluiten. Toch wil ik vaststellen dat een deel van de nu gevraagde investeringen nodig is, in verband met de gedachte invulling van: welke dienst en welke ambtenaren gaan we in dat verhuurkantoor zetten. En de argumenten die ons nog eens schriftelijk zijn aangedragen hangen voor een deel ook samen met het gedachte gebruik van dat verhuurkantoor. En dan wil ik u toch nog eens nadrukkelijk melden, want tenslotte heeft het college nog geen besluit genomen over de precieze huisvesting van alle diensten en de verdeling over de gebouwen, wat onze opvatting is. We zouden het verhuurkantoor moeten zien als een soort reservelocatie, die je flexibel gebruikt op het moment dat je misschien voor wat kortere periodes wat meer mensen hebt dan gedacht. En je zou daar, in onze ogen, niet hele diensten of afdelingen permanent moeten vestigen en zeker niet de echt publ ieksgerichte diensten en afdel in- gen, want wij vinden dat die in het eigenlijke Stadskantoor thuis horen. En met dit gegeven zouden wij toch nog eens het college willen vragen, om kritisch te kijken naar dat huisvestingsplaatje en ook naar de investeringen waarvoor nu een krediet wordt gevraagd. Want zijn die nou allemaal wel zo nodig?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 335