1 JULI 1993
336
De heer SANDBERG
Onze fractie heeft bij dit preadvies lange tijd stilgestaan. Dat is jammer, want dat had eigenlijk
niet gehoeven. De reden daarvoor was dat het preadvies naar onze mening voor wat betreft zijn
inhoudelijke informatie de toets van de kritiek nauwelijks kan verdragen. Op de valreep is ons
nog wat informatie toegezonden, maar ook dan blijft het nog wat magertjes. Daarnaast was een
probleem dat die nadere informatie uiteraard geen deel meer kon uitmaken van de discussie, die
in onze fractie op maandagavond heeft plaatsgevonden. Er zijn weieens lagere bedragen met een
veel uitvoerigere toelichting aan onze raad voorgelegd. Voor ettelijke tonnen, ik meen voor ruim
vier ton, staat er iets over een lichtschakeling per kamer en over toiletgroepen. Je tast verder
toch volledig in het duister, wat daarvan nou precies de oorzaak en het gevolg zijn, want eigenlijk
ga je er toch vanuit dat in ieder kantoor, ook wanneer dat door een projectontwikkelaar wordt
weggezet, lichtpuntjes en toiletgroepen zitten. Dan de loopbrug. Nadere argumentatie van de
wethouder heeft aangetoond, dat het wellicht wel wenselijk is. Maar voor ons is de noodzakelijk
heid in ieder geval nog een punt, waarover je kunt twisten. Zeker tegen de achtergrond en ook
de heer Van de Steenoven heeft daarop gedoeld, dat wellicht in de toekomst het huidige
Stadskantoor in voldoende mate aan de behoefte aan ruimte voor onze ambtelijke medewerkers
kan voldoen en het verhuurkantoor weer een andere bestemming kan krijgen. En dan is het nut
van een dergelijke loopbrug volledig weg. Je kan hem weer afsluiten en dan doe je feitelijk aan
een stuk kapitaalvernietiging. Vervolgens de top-cooling. Voor ons een punt dat nadrukkelijk
aan de orde is geweest. We bedoelen daarmee geen airconditioning, maar een eenvoudige
voorziening waarin je een aantal graden naar beneden kan gaan met de temperatuur. Naar onze
informatie heeft het R.B.A., medehuurder van het gebouw, reeds een besluit genomen, of is
voornemens een besluit te gaan nemen om te investeren in die top-cooling voor haar gedeelte
van het gebouw. Dat zou betekenen dat u voor een heel zacht prijsje, ik denk dan aan hooguit
1 xh 2 ton, de investering samen kunt delen. En het vriendelijk verzoek van onze fractie aan
uw college is: wilt u dit alsnog in overweging nemen? Dit is een unieke kans en u zou daarbij
de kwaliteit en de werkomgeving van de medewerkers aanzienlijk verbeteren. De fietsenstalling.
Ook dat was een onderdeel dat bij ons toch uitvoerig ter discussie is geweest. Wij zijn het volstrekt
met het antwoord van de wethouder eens, dat de huidige fietsenstalling in het Stadskantoor nog
wel de nodige capaciteit en ruimte heeft. Maar, tegen de achtergrond dat er in het verhuurkantoor
een aantal medewerkers gaat komen dat wellicht ook op de fiets gaat komen, tegen de achtergrond
dat wij naar het zich laat aanzien toch aan de overkant betaald gaan parkeren, tegen de achtergrond
dat mogelijkerwijs uw inspanningen om meer mensen uit de auto en op de fiets te krijgen wellicht
toch resultaat gaat krijgen, denken wij dat er dan wederom een probleem gaat ontstaan. Kortom,
wij hebben een beetje de indruk dat dit preadvies in zijn totaliteit erg gehaast is geformuleerd,
dat niet alles even goed is overdacht en ook dat niet aan alle aspecten evenveel aandacht is
gegeven. Dat bracht ons overigens tot het volgende probleem: niet instemmen met dit preadvies
heeft ogenblikkelijk tot gevolg dat onze medewerkers niet op tijd over een passende huisvesting
kunnen beschikken. En dat wil uiteraard niemand en zeker niet een collegepartij op zijn geweten
hebben. Daarom, eigenlijk met de rug tegen de muur, akkoord met dit voorstel, maar wel onder
de conditie dat u nog eens goed nadenkt over de top-cooling en de eventuele problemen van de
fietsenstalling. Wij nodigen u hierbij uit om daar nog eens creatief over na te denken, uiteraard
wèl binnen het budget dat we nu goedkeuren en als dat echt helemaal niet kan, dan wellicht uit
het restant van het budget Stadskantoor, want die afrekening gaat ook nog komen.
De heer VAN OS
Van mijn kant een wat kortere bijdrage, zeker gelet op het aantal kritische opmerkingen dat
gemaakt is over de kosten per werkplek. Ik denk dat de heer Van de Steenoven daarover een
goede opmerking maakt, in die zin dat je je inderdaad kunt afvragen hoe dat nu tot stand is
gekomen. Ik ben wat minder optimistisch dan de heer Sandberg. Als ik kijk naar de personeelsont-