1 JULI 1993
339
nog meer diensten of afdelingen die toch in de stad blijven daarin kunnen huisvesten, ofwel dat
we op een andere manier met de eigenaar om de tafel gaan zitten om een voor ons in ieder geval
adequate en een financieel gunstige oplossing te vinden. Maar ik durf dat nu niet in te schatten,
want een contract is een contract en met name in de bedrijfshuisvesting is dat een redelijk strak
contract en redelijk aan termijnen gebonden. Maar we willen wel proberen die flexibiliteit met
de eigenaar te bespreken in de zin van: als er iets aan de hand is, wat kunnen wij dan nog met
u regelen?
De heer SANDBERG
Voorzitter, bij interruptie. Ik weet natuurlijk wat er vijf of zes jaar geleden rond het Stadskantoor
heeft plaatsgevonden. Maar ook de wethouder zal moeten toegeven dat thans de discussies over
regiovorming en de aan de regio toebedeelde taken een stadium bereiken, waarbij de situatie
over vijf jaar toch weieens een gans andere zou kunnen zijn dan nu. Dat wisten we inderdaad
tien jaar geleden niet.
Wethouder DE BRUIJN
Daar ben ik het helemaal mee eens. Alleen is het zo moeilijk om op dit moment in te schatten
wat het exact betekent. Als je nagaat dat de deregulering van de W.V.G. een fors aantal
De heer SANDBERG
Neen, dat hoeft ook niet. Je moet er alleen rekening mee houden, dat het zou kunnen veranderen.
Wethouder DE BRUIJN
Waarbij we dan wel moeten constateren dat we met een contract van 20 jaar waarschijnlijk de
flexibiliteit zullen hebben van een loden deur. En dat is natuurlijk niet zo bar veel. Maar ik zal
met de eigenaar overleggen hoe we daarin met elkaar ruimte kunnen creëren. De integratie
voordelen, de heer Sinke praatte daar ook over, zullen met name en dat heeft u ook in de
jaarrekening van het Stadskantoor kunnen zien, worden gerealiseerd in de facilitaire ondersteuning
van het geheel. In de facilitaire zaken, de directe koppeling, de toeleveranties, het netwerk en
dat soort dingen zullen met name de voordelen terugkeren. Op het moment dat wij uitgaan van
bijvoorbeeld een niet fysieke verbinding tussen het geheel, dan zullen we daarvoor andere
maatregelen moeten nemen, waardoor je mogelijk een integratie-effect juist niet bereikt.
De heer SINKE
Bij interruptie. Begrijp ik het goed dat de integratie-effecten nu verwerkt zijn in de cijfers zoals
ze voor ons liggen? Als de luchtbrug niet zou doorgaan en er dus minder facilitaire zaken
gemeenschappelijk gebruikt kunnen worden, krijgen we dan daarvan de prijs gepresenteerd in
de vorm van hogere exploitatielasten?
Wethouder DE BRUIJN
Het zou kunnen voorkomen, maar dat hangt uiteraard af van wat je op welke verdieping gaat
zetten en hoe: zullen daar specifieke bodediensten aanwezig moeten zijn, zal de postkamer daar
toch ook een bepaalde functie moeten krijgen? Dat betekent dat je daarvoor extra ruimte moet
maken in dat andere kantoor en datje daar ook mensen moet hebben. Nou, dat is een inefficiëntere
werkwijze. Misschien is het integratie-effect groter dan hier staat, maar dat is natuurlijk weer
een beetje wishfull thinking. Dat durf ik u nu ook niet toe te zeggen, maar ik denk dat dat
nadrukkelijk in beeld moet worden gebracht bij de jaarrekening. Mijnheer Van de Steenoven,
is het te snel gegaan, is het niet te snel gegaan? Op een gegeven moment moet je een besluit
nemen over de vraag: wat gaan we doen, gelet op de totale organisatie die we hebben? Op een
gegeven moment heb je de mogelijkheid om in een locatie te stappen die naast de deur ligt. En
