23 SEPTEMBER 1993
376
MEVROUW J.C. VAN DER POEL, DE HEREN R.G.P. SANDBERG, B. OUWERKERK,
SECRETARIS.
De VOORZITTER opent de vergadering om 19.30 uur met het gebed.
I. VASTSTELLEN VAN DE NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE RAAD VAN
DE GEMEENTE BREDA OP 24 EN 25 MAART 1993, 29 MAART 1993, 29 APRIL 1993,
27 MEI 1993 EN 1 JULI 1993.
Akkoord.
II. MEDEDELING VAN INGEKOMEN STUKKEN.
Akkoord.
180. VASTSTELLEN VAN EEN NIEUWE BRANDBEVEILIGINGSVERORDENING.
181. BEROEPSCHRIFT VAN DE STICHTING BUURTRAAD ROND DE FONTEIN, TEGEN
HET BESLUIT VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT ERKENNING VAN DE
STICHTING ALS WIJKORGANISATIE MET INGANG VAN 1 JULI 1992.
182. DE REALISERING VAN HET SOCIAAL CULTUREEL CENTRUM HEKSENWIEL
(CENTRUMGEBIED) EN WEL VOOR EEN TOTAALBEDRAG VAN 3.952.000,--
(INCLUSIEF B.T.W.).
Akkoord.
183. HET BUDGET VOOR HET VERBETEREN VAN DE TOEGANKELIJKHEID EN
BRUIKBAARHEID VAN OPENBARE GEBOUWEN.
Mevrouw BROSKY-WESTDORP
Vanzelfsprekend is dit voorstel onze fractie uiterst welkom, enerzijds door het doel dat daarmee
zal gaan worden bereikt en anderzijds roep ik u in herinnering het vorig jaar februari bij de
Kadernota ingediende amendement Van Fessem, De Leeuw. Wij gaan gaarne akkoord met dit
voorstel, maar waar u spreekt in het voorstel over maximaal acht jaar, merken wij op dat dat
van ons bést wat korter mag zijn.
Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX
In de commissie is er op aangedrongen de extra investeringscapaciteit in maximaal acht jaar te
besteden, in plaats van in acht jaar, zoals er stond. Het besluit voorziet daar nu wel in, maar
de motivering helaas niet, terwijl juist door het college de flexibele inzet wordt bepleit. De VVD-
fractie gaat er echter vanuit dat de flexibiliteit maximaal zal worden toegezegd, zoals ook
besproken is in de commissie, maar niet terug te vinden is in het voorstel. Een ander punt is,
zoals ook in de commissie werd gemeld, dat er gevaar kan worden gelopen dat na een gedane
investering een instelling kort daarop verhuist en dat er opnieuw moet worden geïnvesteerd. Het
zal niet altijd voorkomen kunnen worden, maar wij dringen erop aan toch heel goed te kijken
bij een voorgenomen investering om te zien of de huisvesting van de instellingen op een wat
langere termijn wordt bekeken, en wij hopen ook dat de burger samen met de overheid meecalcu-
leert, zodat we geen gelden verloren laten gaan.