23 SEPTEMBER 1993 388 PARA straalt in deze tijd dan ook een goede cultuur uit en ik denk dat we in Breda als knooppuntstad, stad onderwijs, cultuurstad, zoals we ons noemen, toch niet zonder PARA kunnen. Ik wil hier eigenlijk alleen maar mee zeggen, dat in die tien jaar tijd toch ook PARA heeft bewezen iets voor Breda te betekenen. Daar hoort een heel goede huisvesting bij en de huidige accommodatie, dat weten we allemaal, die is te klein aan het worden. De huidige accommodatie geeft ook problemen als straks de schouwburg gaat verhuizen. Dus onze zorg is wel dat PARA ergens onderdak moet vinden. Er is een tijd geleden een commissie ingesteld en die commissie kwam tot de conclusie dat er een goede mogelijkheid was om hier in dit pand een huisvesting voor PARA te maken. Het zou helemaal in de cultuurhoek liggen van de stad, het zou een markant pand zijn, dat is allemaal door die commissie gezegd, maar er was één probleem bij deze unieke accommodatie, die dus ook aan het plan van eisen zou voldoen, het ligt gewoon op de verkeerde plek in de stad. Dat is ons ook in de commissie Cultuur gezegd door wethouder Van Fessem. Het is ons nog niet precies duidelijk of het college nu de deur voor PARA compleet potdicht gooit of die nog op een kier houdt. Dat is onze grote zorg. Ik zou zeggen: er zitten zoveel positieve kanten aan, ook aan dit pand, is het niet mogelijk om hier alsnog PARA onder te brengen of kan die mogelijkheid nog worden bekeken, of is het college van mening om het echt helemaal een kans van nul-komma-nul te geven om hier iets aan te doen? Een onderzoek - dat heeft de heer Garritsen ook gezegd - is ook toegezegd. Er loopt al vanaf 1992 een onderzoek. Daar is uiteindelijk dit pand uit gekomen en verder niks. Ik weet niet wat u van een verder onderzoek verwacht, dat hoor ik dan ook graag van u. Ik wil hier nog wel aan toevoegen dat ik heel goed begrijp dat u niet nu de invulling van het Chasséterrein wilt geven, omdat u de ruimte vrij wilt hebben voor de verdere invulling. Maar wij willen u wel vragen om een hele goede huisvesting voor PARA te vinden. Op welke termijn denkt u dat hiervoor een oplossing komt? Mevrouw HEESSELS Het mag duidelijk zijn dat ook voor onze fractie geldt dat wij van mening zijn dat PARA een goede adequate huisvesting nodig heeft. Alleen het initiatiefvoorstel van Groen Links richt zich echt op één gebouw, op een terrein waarvan op dit moment nog niet duidelijk is hoe de verdere invulling van dat terrein er uit zal gaan zien. Wij zijn met het college van mening en dat hebben we uit de stukken kunnen lezen, dat wil je voor dat terrein een echt integraal beleid kunnen voeren en de heer De Leeuw heeft dat ook al gezegd, maar ik denk dat de heer Garritsen het bijna iedere raadsvergadering hier een keer zegt, het wellicht niet verstandig is om je nu specifiek te richten op de huisvesting van PARA in dat pand. Dat betekent voor onze fractie wel dat wij inderdaad aan het college willen vragen hoe men nu verder gaat met het zoeken naar huisvesting voor PARA en op wat voor termijn, omdat ik met de anderen van mening ben dat het niet nog eens een aantal jaren kan duren voordatje duidelijkheid hebt over de huisvesting van PARA, omdat je straks ook met de verdere ontwikkeling komt te zitten van Concordia als de stadsschouwburg daar vertrokken is. Dus wij zouden aan het college willen vragen hoe men dat nu verder denkt op te pakken en op wat voor termijn er aan de raad daarover verslag zal worden gedaan. Wethouder VAN RAAK Er zijn verschillende opmerkingen gemaakt en ook vragen richting college gesteld, ofschoon het een initiatiefvoorstel van de heer Garritsen is, dat zal iedereen duidelijk zijn. De heer GARRITSEN Even voor de orde: ik vind het prima, uitstekend zelfs, dat het college de vragen die aan haar zijn gesteld beantwoordt, maar het is inderdaad gebruikelijk, niet om wat te claimen, dat wij in de termijnen de beantwoording doen voor de vragen die in onze richting zijn gesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 388