23 DECEMBER 1993 526 De heer SINKE Bij eerdere besprekingen is steeds een aantal van 1.800 tot 2.000 parkeerplaatsen genoemd en dat is praktisch een verdubbeling van waar we nu over praten. Wethouder DE BRUIJN We zullen exact moeten intekenen hoe deze er in kunnen naast het dubbel gebruik, waarbij we in de commissie al hebben aangegeven dat het overleg met de bedrijven die daar in de omgeving zitten niet negatief is. Dus dat kan ook een oplossing zijn, waarbij dan het oversteken, de opmerking van de heer Meeuwissen, want het kan een chaos worden, heel goed geregeld moet zijn. Dat is een conditio sine qua non, om dat maar eens in goed Nederlands te zeggen. Wat betreft de verschuiving in de tijd, denk ik dat u daarin gelijk heeft. Op het moment dat er kinken in de kabel komen, of procedures langer uitlopen, betekent dat dus dat we later met de bouw starten. Dat kan niet anders, procedures lopen gewoon af, dat zal logisch zijn. Dus als er echt iets fors mis gaat dan lopen we uit in de tijd. De heer SINKE Voorzitter, even bij interruptie, zou dat kunnen betekenen dat, op het moment dat we dat constateren en er dus ook in verband met de vele renteberekeningen die er in zitten andere effecten gaan optreden, wij een nieuwe berekening van u krijgen? Wethouder DE BRUIJN Mocht dat effecten geven dan zullen wij u daarvan uiteraard onmiddellijk in kennis stellen. Dat zeggen wij uiteraard toe. Wat betreft de openbare orde: ik zou daarover niets meer durven zeggen na de discussie tussen de twee deskundigen op dat terrein. De exploitatie-opzet Steenakker: daar zit een risico in. Ik denk dat we met z'n allen moeten constateren dat elke exploitatie-opzet, bij welk bestemmingsplan dan ook, een risico met zich meebrengt. Of het nu een bestemmingsplan voor woningen is, vrije sector of sociale sector, of het is een bestemmingsplan voor bedrijventer reinen of kantoren, het is altijd een vooruitberekening op basis van de geplande bestemming die je daar krijgt. We hebben immers een tijd gehad dat de vraag naar vrije sector woningen bijvoorbeeld wat minder was, dat betekent dus dat je op dat moment minder grond afzet ten behoeve van die woningen en dat betekent dus datje in je renteberekeningen een herberekening moet gaan maken van wat de consequenties daarvan zijn. Dat geldt voor kantoren, dat geldt voor bedrijven, dat geldt ook voor woningbouw. Kortom, het is een berekening, het is ook een berekening over tien jaar, die termijn is bewust zo genomen om de risico's in die tien jaar te kunnen opvangen. De werkgelegenheidsprojecten: uw opmerkingen daarover zullen wij meenemen. Het is wel zo dat daar waar we zelf aanleggen, we vaak proberen te werken met leerlingbouw plaatsen, leerlingstratenmakers en dergelijke, dus we zullen dat meenemen. De heer Meeuwissen vraagt: wanneer kom je met de bijvelden? Om het even in gewoon Nederlands te zeggen. De locatie van de bijvelden willen we uiteraard even goed onderzoeken, het programma van eisen erop leggen en bij de verdere detaillering willen we naar de commissie toekomen. Ik durf geen enkel tijdstip te noemen. Als ik zeg dat we het over drie weken doen, en het is over vier weken, ik ken die ellende, dat doe ik niet meer, dus u hoort dat zo spoedig mogelijk van ons. Uiteraard is het afhankelijk van de overeenkomst die we met NAC sluiten, of we dat gaan doen. In de richting van de heer Maas: halen we dat geld binnen als er iets fout gaat? Een illustere voorganger van mij heeft wel eens gezegd: als de hemel naar beneden komt hebben we allemaal een blauwe hoed. Kortom, dat is wat koffiedik kijken. Maar wij zijn er van overtuigd dat een en ander goed haalbaar is. Uw mening over het zwembad kennen wij, die delen wij niet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 526