23 DECEMBER 1993 537 rondom de binnenstad de parkeeroverlast van de binnenstad over zich heen krijgen. De financiële haalbaarheid van de garages ziet het college nog niet als twijfelachtig of somber, de nota Parkeer beheer zal de exploitatiemodellen aangeven volgens welke we kunnen komen tot die realisering. Dan komen we op de parkeergarages, waarover ook met name mevrouw Van Bergen een aantal anderssoortige opmerkingen heeft gemaakt, niet zo zeer in financiële zin maar meer in procedureel - ruimtelijke zin om het zo maar eens te zeggen. Het is de bedoeling dat de parkeergarage, zoals die voorzien is op het Chasséterrein, wordt meegenomen in het bestemmingsplan voor het Chasséterrein en in het program van eisen voor de prijsvraag. Dus de ruimtelijke ordeningspro cedure loopt al en het bestemmingsplan voorziet in de mogelijkheid van die parkeergarage. Voor de Tolbrug is het zo, dat het bestemmingsplan MAB/V&D, om het zo maar eens te noemen, dat in de inspraak is geweest, ambtshalve zal worden aangepast met een locatie voor de uitbreiding van de Tolbruggarage. Dat is ook op de inspraakavond medegedeeld, dus in die zin loopt die ruimtelijke ordeningsprocedure ook. Inmiddels is er overleg geweest met het Florijn-college over een groot aantal zaken, die hen aanbelangen en die de gemeente aanbelangt en een van de elementen is ook geweest wat de school aan de Markendaalseweg op korte of lange termijn oplevert. Daarover kan ik u nog geen mededeling doen, maar dat overleg over de wederzijdse belangen is zeer zeker gaande. We hebben ook geprobeerd in dit schema aan te geven de Tolbruggarage naar voren te halen. Dat heeft natuurlijk een aantal consequenties, je moet forse druk zetten op aankoop en dergelijke, maar je moetje ook weer niet onder druk laten zetten want dan kan het wel eens slecht uitpakken voor de gemeente. Het parkeerbeheersysteem: de bedoeling is dat in de nota Parkeerbeheer wordt aangegeven dat er in 1994 mee kan worden gestart, maar dan moet u een start vooral zien in de sfeer van de aanleg en het was de bedoeling pas in 1995 te beginnen met de aanleg. Dus wij doen ons uiterste best om dat naar voren te trekken. De balans en de evaluatie zeg ik u toe. Wat betreft Breda-Zuid, dat heb ik ook in de richting van de heer Adank gezegd, daaraan moeten we in de ontwikkelingsschets Zandberg-Ginneken werken. U zegt dat u bent voor die 3-slag, de en-en-en-maatregelen, daar is het college ook voor, daarover is geen verschil van mening, het is alleen zo dat er tussen het moment van uitvoering van de ene en de andere maatregel wat verschil zit. We kunnen niet alles tegelijk uit financieel oogpunt, maar ook niet alles kan tegelijkertijd in de binnenstad overhoop worden gehaald want dan kunnen we er ook niet meer in. Dus enige fasering en afstemming daarin is noodzakelijk. Ik denk dat ik in mijn eerste termijn de vragen heb beantwoord. De heer VAN DE STEENOVEN Toch nog even de meer politieke aspecten van deze discussie. Ik wil nogmaals herhalen: wij vinden dat het, met name ook gezien de gegevens die nu weer naar voren zijn gebracht in het integraal regionaal verkeers- en vervoersplan, noodzakelijk is dat we het parkeren duidelijk gaan reguleren, gaan sturen, om met name ook die economische functie van de stad in de toekomst veilig te stellen. Wil je de stad bereikbaar houden, dan moet je verstopping zien te voorkomen en dat betekent dus het parkeren naar de rand van de binnenstad, naar de singels, en tegelijkertijd het winkelhart heel goed bereikbaar maken voor openbaar vervoer en fietsen. Wij vinden anders dan Groen Links dat deze nota daartoe een heel duidelijke goede aanzet geeft. Als de heer Schroder de nota goed heeft gelezen, heeft hij kunnen zien dat er op termijn 1.000 plaatsen voor wat betreft het straatparkeren worden geschrapt. Daarvoor komen inderdaad andere plaatsen in de plaats, maar aan de rand van de binnenstad. Dat is wat wij al jaren, ik zou haast zeggen wat wij al decennia lang, vanuit de PvdA en ook vanuit andere progressieve hoek hebben bepleit, dus ik begrijp echt niet waarom Groen Links nu zo uithaalt naar deze nota, want er staat een aantal dingen in waarvoor ze 15 jaar geleden, weliswaar onder een andere naam, heeft gepleit. Ik vind het jammer dat de heer Garritsen hier niet bij aanwezig is, want ik zou hem eraan hebben herinnerd. Ik denk dat deze nota in ieder geval een goede koers aangeeft en wij stemmen van harte in met deze nota.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 537