18 FEBRUARI 1993 63 niet om een dakkapelletje of een kleine garage-uitbreiding met een artikel 19, met name over dit soort grote projecten: houden we het college nu aan die opvatting die we hebben of doen we dat niet. Zeggen we iedere keer weer met elk bouwplan of het nu het Stadskantoor is, of het nu een parkeergarage is, of het nu een grote schouwburg is: liever niet, maar ja, het kan niet anders. Ik denk dat we als raad ook geloofwaardig moeten zijn en dan moeten we zeggen: wij vinden het een prima middel, artikel 19, dat doen we. Maar dan moet je niet het beleids- verhaal houden: wij willen grote bestemmingsplannen maken, daar willen we naar toe en iedere keer als het weer gebeurt zie je weer allerlei invullingen met een artikel 19 en ook weer hiervoor. Wat betreft dit postzegelplan dat nu gebeurt: dit bevreemdt ons toch in hoge mate. Het raadsbesluit dat al is genomen gaat toch in feite steeds over een plan van een hotel en een schouwburg. Deze waren de twee elementen van groot belang. Er werd gepraat over een P.P.P.-constructie. In de plannen die aan de bevolking zijn gepresenteerd wordt ook aange geven dat het deel van de Kloosterkazerne als keuken zou worden ingericht. Dat zou er bij betrokken worden. Dan lijkt het ons logisch, als je dan voor een postzegelplan zou kiezen, dat je ook die Kloosterkazerne meeneemt, want op dit moment zit er nog steeds een militair bestemming op. Als je die zaak gelijktijdig wilt ontwikkelen, dan zul je dat natuurlijk in een bestemmingsplan mee moeten nemen. Dat ontbreekt eraan. Verder is uit wat summiere informatie naar voren gekomen dat het plan alweer wat is veranderd, dat de keuken niet meer in de Kloosterkazerne zit, maar dat we die er zelf in zetten na de besluitvorming van de raad. Anderzijds is het zo dat er nu wordt gezegd: er komt een fietsenstalling. Dat is ook een extra investering. Ik vraag u: waar halen we het geld vandaan om dat te realiseren, als er anderszins weer berichten naar buiten komen dat het plan eigenlijk doorgerekend al 3,5 miljoen te duur is en dat je weer opnieuw moet kijken naar de bezuinigingen? Dit zijn financiële aspecten die denk ik toch wel van belang zijn. Het andere aspect, om daarop maar meteen in te gaan, is het verhaal over de verwerving, het bouwrijp maken en het woonrijp maken van het gebied, zoals het wordt genoemd in het financieel-economisch onderdeel van het raadsvoorstel. We hebben een bedrag van afgerond 1,9 miljoen en dat is opgenomen in de 55,5 miljoen voor de schouwburg, uitgetrokken voor de aankoop van de gronden. Als ik dat uitreken dan kom je op een bedrag van ongeveer 125,— per m2 voor de grond. Als je daarvan dan ook nog het bouwrijp maken wil doen, als je daarvan de inrichting van het terrein moet doen, als je daar dan in feite ook nog gelden moet vinden om een fietsenstalling aan te leggen, om een keuken in te richten, dan vraag ik me af of we er inderdaad zijn met dit bedrag. Een bestemmingsplan moet toch een hoofdstuk hebben over de financieel-economische uitvoerbaarheid. Naar mijn mening ontbreekt op dat punt nog het een en ander, 1 miljoen wordt ingezet van de verkoop van de Kloosterkazerne, een onderdeel in feite van de P.P.P.-constructie. Die 1 miljoen is op dit moment ook nog niet binnen. Dat betekent weer 1 miljoen waar we middelen voor moeten vinden en ik zie niet, ondanks alle hoopgevende verhalen in het verleden, dat die P.P.P.-constructie met veel enthousiaste gegadigden er aan zit te komen. Nu wordt deze uitdrukkelijk in tweeën geknipt en zeggen we: daar wachten we wel even mee. Hoe kun je bij de realisatie van de schouwburg een bedrag voor de verkoop van de Kloosterkazerne meene men terwijl je er absoluut geen zicht op hebt of die 1 miljoen ook inderdaad op tafel komt? Een andere punt betreft de 6 miljoen van de sponsorbijdragen. Op dit moment is er nog geen miljoen binnen en dan denk ik dat dit toch een heel groot financieel risico betekent. Dat is de financiële kant van het verhaal. De andere kant is dat de Kloosterkazerne een belangrijk Bredaas monument is. Op dit moment had er volgens de planning al een advies moeten liggen van de Welstandscommissie. Er had een advies van de Monumenten Adviesraad moeten liggen vóór januari volgens de planning die de raad heeft vastgesteld. Die zaken zijn er nog niet. Ik vraag me af wanneer dat gaat plaatsvinden. Een andere zaak die ook in de bezwaarschriften wordt genoemd is dat archeologisch onderzoek op het terrein moet plaatsvinden. Er wordt verwezen naar de planning die erbij zit. Die hebben we gezien. 1 februari zou begonnen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 63