29 MAART 1994 163 niet heeft geleerd hoe ze met dat soort panden moet omgaan. Ten aanzien van PARA: hieraan kan ik weinig toevoegen. Naar onze mening zou het een goede optie zijn. Ik heb toen begrepen dat ook twee leden van het college het een goede optie vonden. Ik zie niet in wat er tegen is om dat te onderzoeken en ik wil best alle negatieve aspecten die er aan kunnen zitten in ogenschouw nemen, maar waar PARA op dit moment zit, gelet op de afstand tot de woningen, is het gebouw waarnaar ze eventueel in onze visie zouden kunnen gaan alleen maar gunstiger. Er zou in ieder geval geluidsisolatie moeten komen, dat is duidelijk, maar dat geldt natuurlijk ook voor een schouwburg en voor allerlei andere zaken. De laatste opmerking betreft het volgende. De meeste kritiek hebben we nog over het feit dat er nu een voorstel op tafel ligt met allerlei aspecten, waarover met de bevolking echt niet is gesproken en dan kan de wethouder wel in mijn richting aangeven dat over de parkeergarage uitvoerig is gepraat, de dikke nota, maar dat vind je bijna niet terug, net zo goed als bij het Structuurplan voor de Binnenstad, er was ergens nog een hoekje voor een zwembad. Toen het structuurplan werd vastgesteld was het aan niemand bekend dat er op die locatie een mogelijkheid van een zwembad zat. Dus daarom denk ik dat je met het programma van eisen datje nu vaststelt minimaal naar de bevolking had moeten gaan om te vragen: wat wil je er in hebben? Op de eerste reacties vanuit de ouderenbonden, op wat zij aandroegen aan ideeën en vanuit de buurt op wat men aandroeg, is eigenlijk helemaal niet gereageerd. Wethouder VAN DONGEN Op de eerste plaats betreffende de woningbouwdifferentiatieten aanzien van het woord "maximaal en het woord "circa". Ik heb er op zich geen probleem mee u namens het college mee te delen en dat is het standpunt van het college dat het woord maximaalwordt vervangen door het woord "circa"waarbij we op het moment dat het eindplaatje op tafel ligt, zowel het totale woningaanbod als de relatie tot de exploitatie als bereikbaarheid voor de gewenste doelgroep in relatie tot ouderen en studenten en de huur die daar tegenover staat, een toetsing zullen doen. In dat opzicht ontraadt het college dus ook de motie van Groen Links. Ten aanzien van de monumenten: hierop zal de heer De Bruijn direct ingaan. Ten aanzien van PARA is u al eerder toegezegd dat in de eerstvolgende commissie in relatie tot het programma van eisen en de verdere locatiemogelijkheden een nader voorstel zal komen. In die zin ontraden wij dus de motie in relatie tot de eerdere besluitvorming en de onmogelijkheden hier, tenzij de projectontwikkelaars met hele De heer GARRITSEN U hebt het als college dan al vastgesteld als de eerstvolgende commissie komt? Wethouder VAN DONGEN Dat hoeft niet. U weet niet wanneer de eerstvolgende commissie is, ik ook nog niet. De heer GARRITSEN U weet wel wanneer de volgende collegevergadering is? Staat het er dan op? Wethouder VAN DONGEN Dat weet ik niet. Wethouder VAN FESSEM Eén van de eerstvolgende. Dat is duidelijk. De heer GARRITSEN Kijk, dat is het bekende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 163