2 JUNI 1994 243 willen we altijd prioriteiten stellen, maar nu gaat er weer geld op aan iets waarom de Bredanaars absoluut niet zitten te springen. Niemand heeft last van de huidige sirenemasten, niemand heeft gevraagd om een nieuw soort sirene en toch wordt er weer iets anders weggezet wat gewoon geld kost en dat vind ik gewoon een beetje weggegooid geld en dat zullen veel mensen met mij eens zijn. Ik wil toch vragen of we, voordat we verder gaan met de plaatsing van sirenemasten en daarvoor allerlei constructies bedenken om die dingen op allerlei hoge masten weg te zetten, een beeld kunnen krijgen van wat het voor de gemeente financieel zal betekenen, en of dat niet op een andere manier te dekken valt bijvoorbeeld dat het Rijk dat dan maar betaalt. Wethouder DE BRUIJN Dit kan een uren durende discussie worden over staatskundige hervormingen, maar ik denk dat we moeten constateren dat we als gemeente gehouden zijn aan de zogenaamde medebewindstaken. Dat betekent dat wat het Rijk de gemeente oplegt, en dan kun je hoog of laag springen, je moet gewoon uitvoeren. Daar is het Rijk nu eenmaal de hogere overheid voor ten opzichte van de gemeente. Kortom, we moeten dit gewoon uitvoeren, ook al kost dat de gemeente geld. Als het financiële consequenties heeft zullen we, op het moment dat we daarvoor krediet nodig hebben, daarmee naar uw raad komen, dat zal duidelijk zijn. Maar het zal u helder zijn dat we uiteraard met de rug tegen de muur staan omdat het een medebewindstaak is. En datgene dat het Rijk ons oplegt, moeten wij gewoon uitvoeren. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Ik blijf het een aardig verhaal vinden, vooral het staatskundig hervormingsverhaal, dat ik zou kunnen krijgen; ik houd me aanbevolen, misschien leer ik er nog wat van. Ik vind het heel jammer dat we nu een situatie gaan creëren van: eerst een voorbereidingsbesluit nemen de, artikel 19- procedures doorlopen, een bouwvergunning gaan verlenen en dan krijgen we de rekening en dan staan we met de rug tegen de muur. Dat verhaal heb ik in de voorafgaande periode vaak gehoord: we staan als raad met de rug tegen de muur. En ik wil gewoon niet met mijn rug tegen de muur staan, dat lijkt mij een vreemde situatie. Vooral als je het ziet aankomen, moetje dat zien voor te zijn en daarop reageren, en niet wachten. Akkoord, met de aantekening dat de fractie van de Parel van het Zuiden geacht wil worden te hebben tegengestemd. 109. VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR EEN GEBIED GELEGEN TUSSEN DE VAN RIJCKEVORSELSTRAAT EN DE POLDERSTRAAT. Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX Ik wil het niet spannend maken, we gaan akkoord met dit voorstel. Maar het kan toch naar onze mening niet zo zijn dat deze locatie nog jaren oningevuld blijft met de toekomstige bestemming. In de commissie S.O. werd gesuggereerd dat dit alles nog wel lang zou kunnen duren. Wij weten nu allemaal dat er een geluidsprobleem speelt, maar daar kun je heel lang over spreken, je kunt er ook heel kort over zijn, daarmee wordt het probleem niet opgelost. En het lijkt ons sterk dat als er intensief met de milieusector en de Provincie aan gewerkt wordt dat er niet binnen enkele maanden duidelijkheid kan komen over: wat kan er nu eigenlijk op deze locatie. Het zal eigenlijk ook wel moeten, want de bewoners, die jarenlang met de overlast van een slachthuis hebben gezeten, kun je nu niet nog eens aandoen om jarenlang in onzekerheid te zitten, in een situatie die overigens elke dag slechter wordt. Wat denkt het college er nu aan te kunnen doen en er ook voor te zorgen dat de uitspraak in de commissie geen werkelijkheid wordt, namelijk dat het nog wel even kan duren, maar dat het met grote spoed in grote samenwerking snel wordt afgewerkt. Ik wil er ook bij zeggen dat, gezien het tekort aan bouwgrond, we zo'n jarenlange vertraging ons

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 243