30 JUNI 1994 304 wij als de bekende bok op de nog bekendere haverkist om daaruit te peuren wat er uit te peuren valt. Want ik ben het met u eens, dit is een eerste fase en dan nog niet de eerste fase die het stichtingsbestuur had willen hebben, maar een eerste fase bepaald op basis van het advies van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Er volgen nog meer fases, IB, u kunt het ook 2A noemen, dat maakt niet zo bar veel uit. We weten wat het stichtingsbestuur vindt wat er aan de kerk moet gebeuren. Op basis van het advies van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg willen wij in de loop van dit jaar in ieder geval ook aan u helderheid geven wat die volgende fases exact inhouden, hoe die zich financieel tot elkaar verhouden en wat wel en wat geen restauratie is, zodanig dat u als raad ook kunt zeggen: hoor eens, dit is voor de restauratie, dat hebben wij er voor over, dit zijn functionele aanpassingen en dat hebben wij er al of niet voor over. Dat moet goed worden uitgezuiverd en ik denk dat dat nog een forse hoeveelheid werk is, maar samen met de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en de stichting moeten we daar denk ik op een goede manier uitkomen, los van alle technische discussies die dat gegarandeerd weer met zich mee zal brengen. Wat betreft de inspanningsverplichting, 1,3 miljoen: die blijft gewoon overeind staan inhet stichtingsbestuur en, laten we daarin ook heel helder zijn, als daar minder binnenkomtdanzalmogelijkeen onderdeel van de eerste fase moeten worden doorgeschoven want we gaan geen geld uitgeven of opdrachten verlenen voor onderdelen waarvoor niet duidelijk geld is. Zo helder moeten we dat ook zien. Hoe gaan we gezamenlijk met de stichting verder? Ik heb hier een fax liggen van het stichtingsbestuur die zij eventueel later nog in overleg met ons verder naar buiten willen brengen waarin staat: "Nu het bestuur van de Grote Kerk niet zich alleen weet in haar zorg voor de Grote Kerk en een start van de restauratie mogelijk is geworden" - even een kanttekening mijnerzijds, uiteraard afhankelijk van uw besluitvorming - "is zij gaarne bereid met kracht de restauratie op te pakken". In een gesprek dat wij hebben gehad met het stichtingsbestuur zijn er even wat harde woorden in eikaars richting gesproken, de zaak is echter tot op het bot uitgekleed en wij hebben het gevoel dat we nu weer met een schone lei deze zaak kunnen aanpakken. Met de heer Marée denk ik dat het essentieel is om een dergelijke ingewikkelde klus goed te kunnen klaren en echt er bovenop te zitten, wat gebeurt er en wat gebeurt er niet, en daarop zo'n professioneel projectmanagement te zetten dat exact weet waar hij het over heeft, zowel bouwkundig als wat betreft monumenten als wat betreft de financiële aspecten die daarbij zijn. Wat betreft de technische vraag die de heer Leunisseheeft gesteldik ben helaas geen brandbeveiligingsdeskundige, ik zal graag in de eerstvol gende commissievergadering daarop antwoord geven. U zult begrijpen dat deze specifieke verdeling en dergel ij ke uiteraard niet in mijn kennis paraat isMocht hij dat wel hebben gehoopt, mijn excuses daarvoor. Even voor alle helderheid, het schip is uiteraard van de Hervormde Gemeente. De stichting beheert het voor haar. De toren is van de gemeente. U weetwaarschijnlijkuithetverleden of uit de overlevering dat in de commissie in de vorige periode een lijn is aangegeven hoe we met de grote toren omgaan. Er is ook een bedrag op lange termijn voor opgenomen om de grote toren aan te pakken omdat hij ons bezit is. Hier is nadrukkelijk gekeken welke feitelijke werkzaamheden er in de toren moeten worden gedaan en op basis daarvan is er een splitsing gemaakt. Maar of die verdeling precies 56/43 is zou ik het niet durven zeggen. Ik wil wel in de volgende commis sievergadering eens aan u voorleggen hoe dat feitelijk is berekend. Maar op deze manier kunnen we de totale brandbeveiligingsinstallatie aanleggen en ik denk dat dat het belangrijkste is. Maar ik wil graag in de commissie eens een keer wat gedetailleerder erop ingaan. Dat is misschien wel belangrijk. De heer LEUNISSE Ik heb kennis genomen van het antwoord van de wethouder. Het ging ons natuurlijk om de verdeelsleutel, maar als hij nader daarop wil ingaan en in de toekomst daarmee ook rekening kan houden zijn wij akkoord. Akkoord.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 304