30 JUNI 1994
340
Mevrouw CROFT-MITTELMEUER
Het seizoen is aangebroken dat de kermisexploitanten zich kunnen gaan inschrijven voor een plaatsje
hier in Breda. En dat is altijd heel gezellig in oktober. Ik wilde eigenlijk het volgende vragen:
of het college eens wil onderzoeken of de kermisexploitanten gratis en voor niets op het Chasséveld
kunnen gaan staan, dat ze alleen hun elektriciteit en water moeten betalen, maar in ruil daarvoor
moeten ze dan ook iets terug doen en dat zie je in andere gemeentes ook gebeuren, namelijk de
kosten van de attracties, en dat zijn dan de vliegende en draaiende attracties, tussen de 0,50 en
1houden. De reden waarom al die attracties zo duur zijn is vaak dat men gigantische bedragen
moet betalen om een standplaats te kunnen bemachtigen en het zou toch wel eens aardig zijn als
ook de Bredanaars zonder stadspas straks op de kermis eens een keer een goedkoop uitje kunnen
krijgen. Dus ik wilde eens een keer vragen of dat zou kunnen. Ik wilde ook vragen of iedereen
aan het eind van de vergadering zijn eigen serviesgoed op de tafels zou willen neerzetten, het lijkt
mij gewoon een goede gang van zaken in het huis dat iedereen zijn eigen rommel opruimt.
De VOORZITTER
U zult op de gebruikelijke wijze van het college terzake een antwoord krijgen. Dit was de laatste
vraag van de rondvraag, we gaan nu over tot de interpellatie-aanvraag. We zitten vanavond met
een wat unieke juridische situatie dat de nieuwe Gemeentewet geldt. Vanavond hebben we een
nieuw Reglement van Orde vastgesteld en in het verleden stonden er andere bepalingen in de
gemeentewet dan in de nieuwe Gemeentewet. Ik stel u voor omdat thans toch nog het oude Regle
ment van Orde geldt om de interpellatie hier toe staan. Heeft iemand daar bezwaar tegen? Dan
is het woord aan degene die de interpellatie wil houden voor een toelichting op het interpellatiever-
zoek.
De heer BOKKELKAMP
Ik zal proberen gezien het vergevorderde tij dstip het zo kort mogel ij k te houdenOverigens verbaas
ik mij over de brief dat het tijdens de rondvraag zou worden gedaan omdat het bij de rondvraag
meestal om een kleine informatieve vraag gaat en een interpellatie geeft altijd de mogelijkheid
voor een debat, maar
De VOORZITTER
Laat ik het voor alle duidelijkheid uitleggen. Ik doe het aan het eind van de agenda, ik kan het
ook aan het begin doen, maar u heeft dus volledig in twee termijnen de gelegenheid het woord
te voeren. Dat spreekt voor zich.
De heer BOKKELKAMP
Dan ter zake de interpellatie. Ik heb in de brief een aantal duidelijke vragen gesteld denk ik met
betrekking tot of er bij het college vertrouwen bestaat over de deelname, zeer zeker van Groen
Links, in de Raad van Commissarissen van de BRIM. Waarom ben ik op deze vragen gekomen?
Wij hebben dat van het begin af aan van de periode gezien, er werd een lid van Groen Links in
de Raad van Commissarissen van de BRIM gekozen, dat vonden wij op dat moment eigenlijk al
verbazingwekkend vanwege het feit dat Groen Links te allen tijde tegen grondverkoop was en
de Raad van Commissarissen van de BRIM doet niet anders. Een tweede aspect dat daarbij zit
is dat Groen Links toch altijd heeft beleden alleen maar in strikte openbaarheid te vergaderen en
nu meen ik mij te herinneren uit 8 jaar lidmaatschap van de Raad van Commissarissen van de BRIM
dat de vergaderingen redelijk besloten waren. Dus wat dat betreft vond ik het al heel vreemd dat
ze dat aanvaardde. Wat ik nu echt concreet wil weten is: heeft het college op dit moment vertrouwen
in de wijze waarop Groen Links op dit gebied opereert met betrekking tot grondverkoop in zijn
algemeenheid en specifiek met grondverkopen door de BRIM? Misschien kan mevrouw Kokx
antwoorden hoe zij in de BRIM stemt want daarnaar ben ik ook erg benieuwd.